Op zijn Facebookpagina is bekend gemaakt dat de dichter Daan de Ligt vanmiddag is overleden. De Ligt leed al lange tijd aan kanker, maar bleef tot op het laatst schrijven en publiceren.

Daan de Ligt schreef toegankelijke gedichten en hield van vaste vormen in zijn poëzie. Hij wilde ook dat zijn gedichten door een groot publiek gelezen zou worden. Dat publiek kreeg hij toen hij voor de Haagsche Courant een wekelijks stadsgedicht schreef. Maar hij stelde zijn poëzie ook gratis ter beschikking. De laatste bundel die hij uitbracht was met enige zelfspot getiteld Voldaan, maar er kwam ook nog een allerlaatste bundel: Gedichten uit de bezemwagen.

Op 18 mei schreef hij op zijn Facebookpagina voor het laatst over zijn ziekte:

Er komen veel vragen, het is weer tijd voor een medisch bulletin.

(voor wie het wil weten)

Sinds een aantal maanden ben ik ‘uitbehandeld’, in de praktijk betekent dit dat er uitsluitend nog aan pijnbestrijding wordt gedaan. Die bestrijding werkt, want van pijn is meestal nauwelijks sprake.Wel merk ik dat de krachten afnemen en de vermoeidheid groeit.

De Dood is al een paar keer voorzichtig komen informeren naar de stand van zaken en iedere keer heb ik hem een gedicht van me voorgedragen. Hoofdschuddend is hij vervolgens weer vertrokken.

Dit kan natuurlijk meerdere dingen betekenen:

1-Poëzie is een medicijn tegen kanker

2-De Dood houdt niet van gedichten

3-Ik schrijf verdomd slechte gedichten

4-Enz. (bedenk zelf maar wat)

Met behulp van een rolstoel en een rollator (model Max Verstappen) en dankzij de hulp van vrienden, bekenden, familie enz. (waarvoor veel dank) blijft het leven leefbaar. Ik ben zeker van plan om het nog even vol te houden. Maar geloof me, van strijden is geen sprake. Strijden tegen kanker, hoe doe je dat?

        Strijd

        Een vuist, die heb ik écht niet kunnen maken

        de onmacht steeg me langzaam naar de strot

        de vloeren van mijn vesting bleken rot

        en gingen vaag, doch onheilspellend kraken

        Geloof me maar, van strijden was geen sprake

        het was berusten in een helder lot

        het lichaam spande stiekem een complot

        met cellen die verwoed de kop opstaken

        Vergeet de termen ‘winnen’ of ‘verzaken’

        (al wacht er aan het einde een schavot)

        en drijf met dapperheid gerust de spot

        een dode heeft geen schaamrood op de kaken

        Er schuilt in mij geen held als Don Quichot

        mijn lans zal nooit de wieken kunnen raken

Zo, iedereen weer op de hoogte, doe ik er voorlopig even het zwijgen toe.