Ingenieuze spinnen

In de recente thriller Een dodelijk venijn van de Franse schrijfster Fred Vargas lost de eigengereide hoofdinspecteur Adamsberg ook deze keer weer als een moderne Maigret een ingewikkeld mysterie op. Niet alleen ‘gewone’ politiezaken die in zijn arrondissement in Parijs spelen, hebben zijn aandacht, maar juist ook omvangrijkere en mysterieuzere gebeurtenissen, zoals in dit geval de dood van drie oude mannen door een spinnenbeet in Zuid-Frankrijk.

Adamsberg moet terugkomen van een vakantie op IJsland omdat zijn team niet uit een moord komt met twee verdachten. Een vrouw is overreden een door een auto en zowel haar echtgenoot als een vermeende minnaar komen voor de rol van dader in aanmerking. De hoofdinspecteur weet met zijn psychologisch inzicht snel tot de oplossing te komen. Tegelijkertijd ziet hij bij een van zijn rechercheurs een website openstaan over spinnen. De man weet veel van dieren, maar dat hij ook in spinnen geïnteresseerd was, wist Ademsberg niet. Het blijkt dat er in Nîmes drie bejaarden door een venijnige spinnenbeet om het leven zijn gekomen; Adamsberg aandacht is direct gewekt. Het is namelijk vrij uitzonderlijk dat een dergelijke spin, de bruine kluizenaar genaamd, al bijt, laat staan dat je er dood aan gaat. Het komt voor, maar zeer zelden. Wanneer dus drie mannen in korte tijd op een dergelijke noodlottige wijze aan hun einde komen, dan moet er meer aan de hand zijn.

Omdat niet iedereen in het team gelooft dat er iets achter zit, gaat Adamsberg eerst zelf op onderzoek uit, buiten de gewone werkzaamheden van het politiekorps om. Vargas voegt nog een andere zaak op, zowel om de aanloop naar het spinnenonderzoek meer tijd en ruimte te geven, maar misschien ook om ons als lezer bij de les te houden en in zijn of haar behoefte aan spanning en cliffhangers te voorzien. Retancourt, een vrouwelijke lid van de brigade vertrouwt Adamsberg toe dat een andere collega uit het team het gevoel heeft dat ze bespied wordt in haar eigen badkamer. Deze vrouw in kwestie zou dat nooit toegeven en zich schamen voor deze inbreuk op haar privacy. Adamsberg moet daarom zeer voorzichtig te werk gaan en lost met een bevriende hoofdinspecteur van de wijk waarin het appartement ligt, de zaak op.

Retancourt is sowieso een van de vertrouwelingen van Adamsberg, zij gaat met nog een paar rechercheurs mee in het spinnenverhaal, zeker wanneer er weer een slachtoffer is, een vierde bejaarde. Het team wordt echter van binnenuit tegengewerkt door de rechterhand van Adamsberg, en niet veel later blijkt ook waarom.

Het spinnenverhaal gaat uiteindelijk terug in de tijd, naar een kostschool waar een groep jongens de boel terroriseerde en meisjes aanrandde. De daders en slachtoffers van toen komen al snel centraal te staan in het onderzoek. Maar ook Adamsberg persoonlijke verleden speelt een rol en vormt daardoor een onderliggende verhaallijn.

Het web, zoals dat in een goede thriller hoort, sluit zich een paar keer rond de verkeerde verdachte en de ontknoping zit knap in elkaar. Fred Vargas heeft met de Adamsberg-serie inmiddels een vertrouwd concept neergezet: vreemde en soms mysterieuze gebeurtenissen met een dodelijke afloop hebben op de een of andere manier ook met het persoonlijk leven van de hoofdinspecteur te maken. Door het verleden met het heden te verbinden en buiten de gebaande politiepaden op onderzoek uit te gaan, komen de verschillende verhaallijnen bij elkaar en lukt het Adamsberg door zijn mensenkennis het vraagstuk op te lossen. De lezer wordt, zoals hij of zij kan verwachten, een paar keer op het verkeerde been gezet en kan mee analyseren aan de hand van de vondsten en invallen van Adamsberg.

Fred Vargas bedenkt ingenieuze verhalen die met een glimp van mysterie toch geloofwaardig zijn. Een goede thriller, maar geen literaire thriller, om met de woorden van Connie Palmen te spreken die dit ooit in een gesprek met Saskia Noort zei bij De Wereld Draait Door.

Arjen van Meijgaard

Fred Vargas – Een dodelijk venijn. De Geus, Amsterdam, 400 blz. € 19,99.