Revebedevaart

Zo aan het begin van deze eeuw interviewde ik Erwin Mortier in een klein zaaltje in Groningen. Hij had volgens mij net zijn mooie roman Mijn tweede huid gepubliceerd. In de zaal zat de dichter C.O. Jellema mee te luisteren. Na afloop dronken we nog wat in café De Wolthoorn. Lieven Vandenhaute, de partner van Mortier vertelde dat ze de volgende dag via Greonterp terug naar Vlaanderen zouden reizen. Wij waren daar natuurlijk al lang geweest, stelden ze, in de hoop dat wij ze van wat tips zouden kunnen voorzien. Zowel Jellema als ik moesten beschaamd toegeven dat we er nog nooit geweest waren. Onbegrijpelijk vonden ze, zo dichtbij en zo’n gebrek aan reislust.

Dat duurde tot gisteren, want samen met de schilder en de redactrice reisde ik naar Greonterp. Ik had de boeken van Reve gelezen, zijn brieven, ik had foto’s gezien van Teigetje en Woelrat en plattegrondjes bekeken, ik had de biografie gelezen, dus ik kende Greonterp al en Blauwhuis en Westhem waar zijn Duitse vertaler Jürgen Hillner kwam te wonen. Maar als je er dan echt bent, is het toch anders, alsof de afstanden zich opeens gaan voegen bij de beschrijvingen. Greonterp bestaat uit slechts een handjevol bewoners. Er leek niemand thuis te zijn. Huize Het Gras van Reve stond in een rijtje huizen en bestond uit twee delen. Dat heb ik waarschijnlijk al tientallen keren gelezen, maar nu ik het gezien heb, onthoud ik het. De muur die Reve rond het huis metselde moest al direct door de volgende bewoner worden afgebroken. Sinds vorig jaar ligt er een roestige gedenkplaat voor de deur. Er staat ook een bordje met ‘Privé’. Dat je niet voor de ramen gaat loeren. Aan het begin van het pad staat een huis te koop, 100 vierkante meter voor € 175.000. Dat Reve op een steenworp afstand Nader tot U schreef wordt als een pluspunt gezien op Funda.
Gedenksteen, Huize Het Gras, Greonterp
Huize Het Gras, Greonterp
Greonterp
Greonterp

Het was een koude, bewolkte dag. Het huisje van vertaler Hillner zag er wat troosteloos uit, maar het door Reve gemaakte gevelsteen ‘In Het Woord’ hing nog aan de muur.
Westhem, huis van vertaler Jürgen Hillner
Westhem, huis van vertaler Jürgen Hillner

We keerden om naar Blauwhuis, het iets grotere dorp, door Reve onsterfelijk gemaakt met zijn gedicht ‘Graf te Blauwhuis’. Het graf geïnspireerd op het graf van de jonggestorven Gerrit Rijpma, doodgeschoten bij een razzia, is inmiddels verplaatst naar het Nationaal Ereveld Loenen. Het katholieke kerkhof is nog steeds in gebruik zegt de buitengewoon aardige koster van de Sint-Vituskerk. Zo rond de feestdagen hadden ze zelfs drie dodenmissen. Dat was wel zwaar geweest. Hij is met ons meegelopen en geeft ons een privérondleiding door de kerk die door P.J.H. Cuypers gebouwd is. De koster is trots op zijn kerk. Hij is zelf pas tien jaar geleden katholiek geworden. Hij vertelt over het gebouw wat hij geleerd heeft bij de renovatie waarbij hij ook zelf de handen uit de mouwen heeft gestoken. We vragen niet naar Reve.
Kerkhof Sint-Vituskerk (Blauwhuis)
Sint-Vituskerk (Blauwhuis)
Sint-Vituskerk (Blauwhuis)

Dat doen we wel in café de Freonskip, maar de kastelein vertelt dat Reve daar niet graag kwam. Zijn vader en Reve die lagen elkaar niet zo goed. Dat kwam vooral omdat Reve wilde drinken met de wederzijdse afspraak: eentje van mij, eentje van jou. Voor een cafébaas geen gunstige overeenkomst.
Café de Freonskip

We rijden nog even terug om het ‘Zomerpaleis’ van Teigetje te bekijken op de weg tussen Blauwhuis en Greonterp. De plek wordt in een hilarische verleidingsscène Lieve jongens beschreven als Gerrit Komrij (de oude dichter Albert S.) en Charles Hofman (Freddie L.) op bezoek zijn. Er is veel omheen gebouwd, maar we herkennen het Zomerpaleis nog wel. Door de muren zie je de verhalen.
Het Zomerpaleis van Teigetje

Het wordt tijd om de boeken van Reve te herlezen en de beelden weer aan de tekst te koppelen.

Coen Peppelenbos