Toen ik zeventien was reed ik met de scooter van mijn toenmalige vriendinnetje op een verlaten landweggetje tegen een boom. Er was één huis in de buurt, met één kordate bewoonster die mij geheel tegen mijn zin op een ambulance liet wachten. Niet voor niets, bleek in het ziekenhuis. Na de spoedoperatie sprak de chirurg mij toe: ik had geen minuut later met die miltruptuur binnen moeten komen. Ik onthield: er zijn vele doodsoorzaken, maar kalverliefde zit daar niet bij.