Letterlijke transcriptie van een alcoholische beschouwing (ingesproken op mijn Olympus digital voice recorder)

‘We liggen nu in de avond in Newhaven, waar de veerboot uit Dieppe zojuist aangekomen is en al een uur aan het uitladen is, met alle generatoren brommend aan… en allemaal lampen, honderden… een prachtige colossus… colossus… heeft nu weer auto’s ingenomen en is kennelijk klaar om weg te varen, maar wat er gebeurd is… was… dat ik me wilde scheren… dat ik me geschoren heb, met het apparaat, denkende dat die kop er op een andere manier op gemonteerd was dan eerder… maar huppakee… weer plop… en ik had niet eens geklopt, we hebben het apparaat ook meteen weggegooid, maar… eh… dat hebben we samen goed opgevangen, Ant en ik, al heeft ze acht keer gezegd dat ik dom was, want dat het al eerder gebeurd was… ook met deze nieuwe… in de aanrecht en zo… kan het me niet herinneren… erg grappig was dat ze eigenlijk heel moe was en naar bed wilde gaan en zei, oké, kusje, en je mag tegen me aan liggen, moet je nagaan… ga je ongeveer tien jaar met elkaar om en dan krijg je te horen, in Newhaven, uitzicht op een schroothoop aan de overkant en een colossus van een Frans schip, The Seven Sisters, uit de haven van Dieppe en dan krijg je te horen: je mag tegen me aan liggen… je hebt het helemaal voor elkaar, Lood.’