Een schrijversleven is ook maar een gewoon leven

Kroniek van een overzichtelijk jaar heet het nieuwste boek van de Antwerpse schrijfster Diane Broeckhoven. Het is, zoals de titel al doet vermoeden, een dagboek en het jaar in kwestie is 2018. Natuurlijk zijn dagboeken van schrijvers geen verdwaalde eenlingen in de boekhandel. Denk alleen maar aan de 23 delen Geheim dagboek (hoezo geheim?) van Hans Waren, de dagboeken van Jan Wolkers, het Natuurdagboek van Nescio of het mooie Het verkoolde alfabet van Paul de Wispelaere. Het succes ervan staat of valt met de bekendheid van de auteur én de nieuwsgierigheid van de lezer. En natuurlijk met het voor de hand liggende feit dat schrijvers nou eenmaal kunnen schrijven.

Dat zo’n dagboek niet alleen maar uiterst boeiende voorvallen bevat, nemen we op de koop toe. Er is ook weleens een dag niets te beleven in een schrijversleven. ‘We maken een fijne tocht door de polder. Kant van Botshol.’ (Jan Wolkers, 17 februari 1976), ‘Nix. ’s Avonds in het kerkje met Os en Oue Tengers.’ (Nescio, 19 augustus 1952).

Ook het leven van Diane Broeckhoven onderscheidt zich niet veel van dat van andere mensen. Vanuit haar huis aan het Begijnhof in Antwerpen wandelt ze door de stad, doet ze boodschappen, gaat ze op reis naar Nederland (waar haar kleinkinderen wonen) en zelfs naar Los Angeles. Ze signeert op de boekenbeurs, spreekt met collega’s en met andere beroepsmatige contacten en ze gaat op vakantie naar een vriendin die in Frankrijk woont. In november sterft haar broer en we lezen over de emoties en het geregel.

Het is een vol jaar, dat misschien niet heel erg anders is dan dat van een niet schrijvende sterveling van 72. Maar Broeckhoven is gelukkig een wél schrijvende sterveling. Haar jaar mag dan niet uitzonderlijk zijn, haar verslag ervan is dat wel. In een vlotte, prettige stijl (Broeckhoven is ook journalist) doet zij verslag van haar wederwaardigheden, haar gedachten en haar eruditie, haar emoties. Sommige stukken hebben het aantrekkelijke van een korte column, zoals op 16 augustus:

Op weg naar het station komt een mij vaag bekende dakloze me met uitgestrekte hand tegemoet lopen. Zijn nog natte haren zijn netjes achterover gekamd en uit ervaring weet ik dat dat bij het charmeoffensief hoort om voornamelijk oudere dames geld af te troggelen voor een nachtje in opvanghuis De Biekorf. Vaste prik: hij heeft nog net een eurootje te kort. Alstublieft, dank u wel. Ik begin al nee te schudden met mijn hoofd zodra ik hem in het vizier krijg, want ik heb hem deze week al twee, drie keer ontmoet en heb zijn bed and breakfast al ruimschoots gefinancierd. Hij loopt rakelings langs me heen – een vleug zeep en shampoo waait me tegemoet – en houdt zijn brandschone hand dwingend onder mijn neus. ‘Nee, vandaag niet,’ zeg ik vriendelijk. Hij kijkt me recht in de ogen en antwoordt luid, duidelijk en goed gearticuleerd: ‘Kutwijf.’

Het is een toon die bij Broeckhoven hoort. Ook de zwaardere momenten in het jaar komen in deze vrij lichte stijl voorbij. Ze worden daarmee niet gerelativeerd, maar wel acceptabel gemaakt voor zowel de schrijfster als de lezers. Zoals op 12 november. Haar broer is twee dagen daarvoor gestorven en samen met de dochter van de overledene komen de schrijfster en haar zus afscheid nemen.

Als alles geregeld is gaan we hem samen een laatste groet brengen in het mortuarium. Smalletjes en wit ligt hij daar, in de smaakvolle nieuwe kleren die hij drie weken geleden voor zijn verjaardag kreeg van zijn dochter. Op het moment dat mijn zus en ik ieder aan een kant staan en samen zijn ijskoude handen aanraken, is de stilte dieper dan de oceaan. Dit is de allerlaatste keer dat we met zijn drieën samen zijn: twee zussen en een broer.

Het absurde van de overgang van leven naar dood kiert al een beetje door deze regels, vooral dankzij die nieuwe kleren. Nieuwe kleren drie weken voor je dood, kan het betrekkelijker? Ook de eerste zin bij de nieuwe dag zet alle voeten weer stevig op de grond: ‘Een uitvaart organiseren is een fulltime job.’ Wie het heeft meegemaakt herkent het, inclusief de slappe lach na het bezoek van de ‘glutenvrije diaken’.

Zoals het een dagboek betaamt, is Kroniek van een overzichtelijk jaar een nogal persoonlijk document, hoewel de schrijfster doorheen het boek regelmatig laat doorschemeren dat ze er met een vooropgezet plan voor publicatie aan werkt. De afspraken met de uitgever waren al gemaakt. Broeckhoven houdt, naar verluidt, ook gedurende andere jaren een dagboek bij. Die zullen wellicht net iets minder gepolijst zijn dan dit van 2018, maar waarschijnlijk juist daarom nog boeiender.

Jan de Jong

Diane Broeckhoven – Kroniek van een overzichtelijk jaar. Vrijdag, Antwerpen. 232 blz. € 19,95.