Onlangs kreeg Dominique Biebau voor zijn ‘literaire thriller’ de Gouden Strop, de prijs voor beste spannende roman. De jury was niet anoniem, maar koos uiteindelijk voor het boek dat op de meeste lijstjes bovenaan stond.

Russisch voor beginners is dan ook geen knalharde thriller, al is er op een bepaald moment wel een lijk, het is eerder een subtiel verteld verhaal, vol ijzersterke zinnen. Dit is subtiel puntje-van-je-stoel-werk, tot het einde.

Russisch voor beginners springt heen en weer in de tijd, tussen 1998 en 2010 waarbij de korte hoofdstukken naar Diederik en Maarten zijn genoemd, maar wordt voorafgegaan door een hoofdstukje dat als proloog geldt, in 1992 speelt en ‘Saartje’ getiteld is. Saartje is een baby die vastgesnoerd zit in het ‘veiligste kinderzitje’ in een smoorhete auto. ‘Het leven lekt weg als uit een kapotte luchtmatras. Haar hart slaat een korte dodenmars.’ Als je dat leest weet je dat ergens in de rest van het boek wraak genomen zal worden, al weet je nog niet precies wie de schuldige is, al heb je wel heel snel je vermoedens die, naarmate het boek vordert, zullen kloppen.

Maarten is de eigenlijke hoofdpersoon van dit verhaal, een rijkeluiszoontje die in 1998 de schrik van zijn leven krijgt als blijkt dat zijn vader zijn bedrijf verkoopt en zijn nietsnuttige zoon achterlaat zonder vaderlijke bescherming. De nieuwe eigenaars denken dat Maarten goed is in Russisch, maar dat is niet echt zo en daarom neemt hij in allerijl Russische les. Tot de kleine hoeveelheid deelnemers aan de cursus behoort ook het echtpaar Diederik en Lore. Het stel wil de Kungur-grotten bezoeken en daarom Russisch leren. Ze willen als volleerde speleologen niet onder leiding van een gids afdalen in de grotten, maar aan de hand van een telegids. Met een headset op hun hoofd zullen ze door telegidsen op afstand door de grotten gedirigeerd worden. Het probleem is echter dat die telegidsen alleen Russisch spreken. Lore is de femme fatale in dit verhaal. Zowel de excentrieke docent Russisch Pavel als Maarten raken verliefd op haar. Je voelt aan je water dat dat niet goed af gaat lopen, ook omdat je in de tussenhoofdstukjes waarin Diederik de belangrijkste rol speelt, leest dat hij in een grot verdwaald is.

De hele opzet naar de moord, het deel dat voornamelijk in 1998 speelt, is het meest interessant. Het gegeven is, voor mij althans, redelijk origineel en de portretten van de wat nutteloze hoofdpersoon Maarten en de malle leraar Russisch zijn goed gelukt. Tel daarbij wat mooie zinnen zoals ‘We stonden in de achtertuin te kijken naar een horizon die door de jaren heen als een Tetris-schermpje was volgebouwd.’ en je hebt inderdaad een mooie literaire thriller. Maar ja, helaas hebben we nog het lijk van Diederik in een grot en Maarten die in 2010 op zoek gaat naar het lijk en de doodsoorzaak achterhaalt en dan moet alles nog in sneltreinvaart ontrafeld worden. Dat stuk zit ook vol ongeloofwaardige elementen, want zo makkelijk smokkel je nu ook niet een schedel mee uit Rusland. Maarten wordt daarna door de vrouwelijke charmes van Lore nog sukkeliger dan hij al was. Je weet al heel lang voor het eind hoe alles in elkaar steekt, alleen die Maarten blijft zo dommig. Dat is een beetje jammer en niet consistent met zijn doortastende karakter als hij de zoektocht naar Diederik uitvoert. Vermakelijk, oké, maar ‘puntje-van-je-stoel-werk, tot het einde’, nee.

Coen Peppelenbos

Dominique Biebau – Russisch voor beginners. Vrijdag, Antwerpen. 212 blz. € 19,95.