In de Volkskrant noemt Jacques Vriens tien manieren om kinderen aan het lezen te krijgen. Het lijken open deuren:

Elke basisschool heeft een uitgebreide bibliotheek waar kinderen dagelijks kunnen ruilen, een kind heeft nooit lang een boek in zijn ‘kastje’ dat het stom vindt. Dat geldt ook voor het voortgezet onderwijs (vo).

In de praktijk zijn heel veel schoolbibliotheken verdwenen en is het boek op school ook fysiek uit zicht geraakt.

Interessant is dat Vriens ook voor studenten die les gaan geven aan kinderen en jongeren een opdracht meegeeft: ‘Studenten lezen minimaal zestig kinder- en jeugdboeken: klassiekers, pulp, literatuur, graphic novels, prentenboeken et cetera.’ Opmerkelijk, want bijna niemand durft binnen het onderwijs hoeveelheden te noemen. Zestig is niet zo veel, maar bij hoeveel pabo’s en lerarenopleidingen worden die getallen nog gehaald?

Vriens maakt zich al veel langer druk om de tanende belangstelling op pabo’s voor jeugdliteratuur.

Lees de rest van de aanbevelingen van Jacques Vriens hier.