Kees van Kooten scoort een hattrick, want hij wordt maar liefst drie keer geïnterviewd. In NRC Handelsblad, de Volkskrant en Trouw. Drie keer digitaal.

In NRC Handelsblad interviewt Marcel Haenen Kees van Kooten naar aanleiding van zijn 80e verjaardag en het boek De tachtigjarige vrede met verzamelde verhalen. Echt veel nieuwe verhalen schrijft Van Kooten niet meer:

Ik ben nu bezig mijn kleindochter Puck schaken te leren. Dat is natuurlijk veel leuker dan weer een verhaal schrijven.

Van Kooten maakt wel anagrammen.

Het anagram van Mark Rutte – met zijn verwijfde gebaartjes en zijn valse lach en zijn wijzen in het publiek naar niemand – is: ‘Kamertrut’. Een trut is volgens Van Dale een vrouw die haar taken verwaarloost en de kamer niet opruimt.

Voor Wopke Hoekstra en Sigrid Kaag heeft Van Kooten ook een anagram uitgedacht. Die kun je hier lezen.

In de Volkskrant is Van Kooten wat stelliger over het einde van zijn schrijverschap tegenover Onno Blom.

Ik mag hoe dan ook niet mopperen. Ook niet als ik morgen omval. Tachtig jaar. Tachtig verhalen. De prestatie is geleverd. Schrijf maar op, laatste woorden: dit was het.’

Bij Stijn Fens in Trouw is Van Kooten weer wat voorzichtiger over zijn schrijverspensioen.

Dat is ­natuurlijk onzekerheid. Je hoopt dat vanuit een aantal kanten en zeker vanuit de uitgeverij, wordt gezegd: ‘Doe dat nou niet’. Maar ik heb wel het gevoel dat ik min of meer met pensioen ben.

Wel schrijft hij nog anagrammen, uit woede:

Het is zo’n genoegdoening als je van een naam door letteromzetting een nieuwe naam kunt maken die precies beschrijft wat er met die persoon aan de hand is. Dan heb je zo’n lekker opgelucht gevoel. Zo van: het zat er altijd al in, zie je wel! Ik ga je er een geven, een primeur. Ja? Het anagram van Mark Rutte is … kamertrut!