Dichter bij Gorter kan haast niet

Het vertalen van poëzie is tamelijk ondankbaar werk, want je doet het nooit goed. Gortervertalers M. Kruijff (Mei) en Lloyd Haft (een ruime selectie uit de gedichten van Verzen tot Liedjes) zijn zich daar wel van bewust. Haft citeert niet voor niets met halve instemming de uitspraak van de Amerikaanse dichter Robert Frost dat poëzie precies datgene is wat verloren raakt in een vertaling. Moet je het daarom maar niet doen? Het is een dilemma. Voor lezers die de oorspronkelijke taal machtig zijn, draait een vertaling vaak uit op een deceptie. Zij komen iedere keer weer passages tegen die zij zelf liever anders hadden gezien. Maar voor hen is die vertaling dan ook niet bedoeld.

Van de andere kant: moet ik nou echt per se eerst Pools leren voordat ik van de mooie gedichten van Wislawa Szymborska kennis mag nemen? Nee, dan ben ik toch eigenlijk ook wel weer blij met de vertaling, ook al is dat niet helemaal de Szymborska die slavisten kennen.

Maar goed, Gorter dus. Laat ik eens beginnen met een van mijn absolute favorieten.

De stille weg
de maannachtlichte weg –

de boomen
de zoo stil oudgeworden boomen –
het water
het zachtbespannen tevreeë water.

En daar achter in ’t ver de neergezonken hemel
met ’t sterrengefemel.

In de vertaling van Haft is dit geworden:

The silent road
the moonnightlighted road –

the trees
the trees so silently grown old –
the water
contented water strechtched out calm.

And far behind, the sunken heaven
crawling with stars.

Al in de eerste twee regels manifesteert zich een vertalersdilemma: wil je de vorm en het metrum in stand houden, gaat de letterlijke betekenis voor, of, derde mogelijkheid, wil je de stemming in het gedicht bewaren. Het verschil tussen ‘maannachtlichte’ en ‘moonnightlighted’ is misschien subtiel maar het is er wel degelijk. De Nederlandse weg is ‘licht als een maannacht’ terwijl de Engelse ‘door de maannacht verlicht’ is. In de vertaling gaat Gorters neologisme, compleet met alle betekenissen verloren. De weg van Gorter is licht, luchtig en baadt in een onbestemd licht, een beetje zoals op een schilderij van Rembrandt. Dat dat licht misschien van de maan komt, suggereert het woord natuurlijk wel, maar alleen oppervlakkige lezers blijven daar steken.

Maar misschien ben ik te streng. In een vertaling kun je nou eenmaal niet alle mogelijkheden openhouden. Bovendien, en dat is belangrijk, is er altijd nog de optie om voor de stemming in een gedicht te kiezen. En zeker bij de bundel Verzen (1890) van Gorter is dat wel een serieus te overwegen keuze. De bundel wordt vrij algemeen beschouwd als een soort van voorloper op het stemmingssymbolisme dat we later bij Leopold en Boutens zien. De letterlijke betekenis van de woorden is daarbij van secundair belang, het gaat er vooral om dat ze de juiste sfeer bij de lezer oproepen. Bij ‘De stille weg’ denk ik bijvoorbeeld aan stilte, een halfwarme avond en licht. Mijmering wellicht.

De vraag is dus niet of ‘The silent road’ een zo getrouw mogelijke vertaling is van ‘De stille weg’, maar of het in ongeveer gelijke mate die stille avondlijke sfeer van Gorter benadert. En dan kun je wel gaan twisten over de vraag of ‘sterrengefemel’ de stilte niet beter accentueert dan ‘crawling with stars’ dat doet (waarschijnlijk wel), maar dat leidt wel erg ver af van de hoofdvraag.

Het is beter om de vertalingen als min of meer zelfstandige gedichten te lezen en hun kwaliteit niet te bepalen in vergelijking met het origineel. Haft is meer van die school. In de inleiding stelt hij: ‘Translations of poetry can themselves be poetry’ en als je de vertalingen zo bekijkt, dan zijn ze ineens een heel stuk beter. Lees bijvoorbeeld het begin van May, waarvan iedereen de Nederlandse tekst ongetwijfeld paraat heeft:

The spring is new and new the sound it brings:
I want this song to be like whistling
I heard on summer days before night fell
In an old town along the calm canal –
Twas dark inside but in the silent road
A greaning gloam, upon the sky still glowed
A light, there shone a blank and golden frame
Over the gables of my window frame.
A boy was blowing like an organ pipe,
The tones were trembling in the air as ripe
As young cherries, when the wind of spring
Rustles the shrub, its journey there begins.

Het is de magnifieke aanzet tot wat de vertalers in de ondertitel noemen An epic poem about youth. Gorter zelf hield het in 1889 eenvoudigweg op Een gedicht, wat de lading waarschijnlijk beter dekt. Want Mei gaat immers over zo veel meer dan over de jeugd. Belangrijker zijn de onmogelijke verbintenis tussen het tijdelijke en het tijdloze, met in het verlengde daarvan volgens sommigen de verhulde kritiek van Gorter op Kloos die zo’n verbintenis juist propageerde tussen de sterfelijke dichter en de eeuwige poëzie (‘Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten’). Dus waarom de vertaler de Mei een episch gedicht over de jeugd noemt, vind ik wat raadselachtig.
Maar evengoed is de Engelstalige wereld gezegend met dit prachtige tweeluik dat Gorter meer eer aandoet dat ik tot nu toe heb geschetst.

(Er is trouwens een jaar geleden ook al een May verschenen van vertaler Paul Vincent. Dat is natuurlijk wat veel van het goede, zo’n 130 jaar na de eerste drukken, maar ach, je kunt ook niet altijd weten waar een ander op enig moment mee bezig is. Het zat kennelijk in de lucht.)

Om nog eenmaal terug te komen op de vraag hoe dicht een vertaler de dichter op de huid moet zitten, zoom ik (echt!) willekeurig gekozen in op de tweede strofe uit de “Voorzang’ bij Pan (1916).

En nu zie ik mijn nieuwe liefde,
Die zich ontweefde
Aan het kristal
Van mijn oogen, door het Heelal
Gaan, alsof een Wezen daar zweefde,
En ik roep uit met zachten schal:
‘Wie zijt gij, mijne liefde?’

And now I see my new love,
unraveled from the crystal of my eyes:
how through the all of All
she goes, like a Being hovering above
to whom I softly cry:
‘Who art Thou, my love?’

Een eeuw en een taal scheiden deze twee passages. Maar dichter bij Gorter zal geen Engelstalige lezer ooit komen. Zowel in Verzen, als in Mei, Pan of in enig ander werk was Herman Gorter allereerst een stemmingsdichter, iemand die bij uitstek zijn lezers op een golf van gevoel kon meevoeren. Dát is de kern van zijn werk. En de twee delen van The essential Gorter juist daarin meesterlijk geslaagd.

Jan de Jong

Herman Gorter – The Essential Gorter: May & Selected Poems. Vertaald door M. Kruijff en Lloyd Haft. Arimei Books, zp. Set van twee boeken 184 en 214 blz. € 25,99.