Waart het fascistische spook weer rond?

Sinds 1945 zijn zelfverklaarde fascistische en nationaalsocialistische bewegingen en partijen niet meer dan splinters aan de uiterste rechterkant van het politieke spectrum. Geen wonder natuurlijk, want wie wil nu willens en wetens geassocieerd worden met de door fascisten en nationaalsocialisten aangerichte catastrofes. Zichzelf als fascist en/of nationaalsocialist identificeren doen dus maar weinigen. Anders ligt als het erom gaat als zodanig door anderen bestempeld te worden.

De laatste kwarteeuw zijn in democratieën als de onze rechts-nationalistische, populistische partijen en bewegingen sterk gegroeid. Sommigen zien daarin een tendens van heroplevend fascisme en bestempelen tenminste toonaangevende figuren en groepen binnen die partijen en bewegingen als fascisten. Is dat terecht?

Om die vraag te kunnen beantwoorden is een duidelijke begripsbepaling nodig, die teruggrijpt op fascisme en nationaalsocialisme als historische fenomenen.
In Fascisme, nummer 77 van de reeks Elementaire Deeltjes, inventariseert en beschrijft historicus Daniel Knegt op beknopte, zeer toegankelijke wijze gedeelde kenmerken van historische fascistische/nationaalsocialistische bewegingen. De nadruk ligt natuurlijk op Italië en Duitsland, maar ook de Roemeense IJzeren Garde, de NSB en fascistische bewegingen in Frankrijk en elders krijgen aandacht.

De opvatting dat nauwelijks gesproken kan worden van een fascistische ideologie, omdat het eerder om een door onlustgevoelens gevoede, tot geweld geneigde, activistische attitude ging dan om een min of meer consistent stelsel van ideeën, wijst Knegt van de hand. Het is wel degelijk ook een ideologie, zij het dat het gezicht ervan verschilde per land, samenhangend met het centrale ideologische element van fel beleden nationalisme, elke natie een eigen nationalisme immers.

Naast nationalisme zijn andere gedeelde kenmerken populisme, revolutionaire dynamiek, geloof in de mythe van een nationale wedergeboorte, verheerlijking van geweld en verwerping van morele en wettelijke beperkingen die streven naar maatschappelijke en politieke ‘zuiverheid’ (en vaak ook naar territoriale expansie) in de weg konden staan, aldus Knegt.

Huidige rechts-nationalistische, populistische partijen en bewegingen vertonen wel een deel, maar niet alle van de opgesomde kenmerken. Terwijl ze, enkele uitzonderingen daargelaten, uiterst verontwaardigd reageren als ze ervan beschuldigd worden fascisten en/of nationaalsocialisten te zijn. Daarom moet voorzichtig worden omgegaan met het etiket van fascisme, ook al omdat het, indien al te gemakkelijk als scheldwoord gebruikt, tot begripsinflatie leidt.

Populisme vertrekt vanuit de overtuiging dat sprake is van een tweedeling tussen ‘de elite’ en ‘het volk’, waarbij dat laatste wordt opgevat als een organische eenheid met een eenduidige wil, de volkswil, die stelselmatig door de elite wordt genegeerd en ondermijnd. Populistische partijen en bewegingen beschouwen zichzelf uiteraard als enige echte representanten van de ware volkswil. Dan is het de vraag hoe te verklaren dat in een democratie die volkswil niet tot uiting kan komen, laat staan politiek-bestuurlijk gerealiseerd. Populisme verklaart dat met complottheorieën: ‘Conspiracy theory is the logic of populism,’ aldus de Britse politicoloog David Runciman in How Democracy Ends (Runciman, 2018).
Populisme als belangrijk kenmerk opvoeren van fascisme, impliceert dus ook hang naar complotdenken van fascisme. En inderdaad, het is niet overdreven om te stellen dat complottheorieën – de dolkstootmythe, de joods-bolsjewistische samenzwering, het complot van het joodse Finanzkapital, de Protocollen van de Wijzen van Zion – dé kern van de ideologie van de NSDAP vormden.

Knegt gaat daar wel op in, maar de hang naar complotdenken had meer nadruk mogen krijgen als ideologisch kenmerk van fascisme. Ook al omdat huidige, rechts-nationalistische, populistische complotdenkers teruggrijpen op antisemitische complottheorieën die in vrijwel alle fascistische bewegingen van voor 1945 werden aangehangen. Waar destijds de Rothschilds als exemplarisch pars pro toto werden opgevoerd, is dat nu George Soros.

Op naar de hamvraag: is het gerechtvaardigd huidige rechts-nationalistische, populistische partijen en bewegingen als fascistisch te betitelen? Ik beperk me – in tegenstelling tot Knegt – tot Nederland en de PVV en FvD. Een PVV-leuze als ‘Nederland weer voor de Nederlanders’ associëren met streven naar zuiverheid en met de mythe van een nationale wedergeboorte gaat wel erg ver. Hooguit spreekt er afkeer van immigranten uit en nostalgie (‘weer’) naar een tijd die nooit geweest is. Nationalistisch? Ja, zonder meer en gekoppeld aan afkeer van met name Europese integratie. De mythe van de eenduidige volkswil uitdragend? Ja, imaginair belichaamd door de even imaginaire Henk en Ingrid. En verwerping van morele en wettelijke beperkingen die ieders gelijkheid voor de wet garanderen is ook een kenmerk van de PVV-opstelling, denk aan inperking van geloofsvrijheid en aan de eis immigranten met een dubbel paspoort extra te bestraffen met uitzetting als ze een misdrijf hebben begaan. Maar toch, bij elkaar genomen is het te weinig om in aanmerking te komen voor het etiket van fascisme en gaat het voornamelijk om antipolitieke frustratiepolitiek.

Bij Forum voor Democratie, zeker zoals die partij zich de laatste paar jaar heeft ontwikkeld, ligt dat anders. De FvD deelt PVV-standpunten en -kenmerken, zoals in de vorige alinea verwoord. Maar daar komt het een en ander aan zorgelijks bij. De verkiezingscampagne van de FVD in 2020 stond in het teken van een complottheorie rond de covid-pandemiebestrijding, terwijl eerder een ‘omvolkingstheorie’ werd gepropageerd, die stelt dat een samenzwering uit is op het vernietigen van nationale identiteiten en culturen door middel van immigratie (open grenzen!), die zou uitmonden in ‘homeopathische verdunning’ van het gewortelde, nationale volk.

Dergelijke nonsenstheorieën worden in FvD-kringen nu geünificeerd tot The Great Reset, een theorie over een verondersteld supercomplot gericht op het vernietigen van nationale, culturele identiteiten en het veroveren wereldheerschappij door middel van manipulatietechnologieën, een supercomplot dat bij monde van partijleider Baudet wordt gepresenteerd als werkelijkheid achter de werkelijkheid. The Great Reset-theorie bevat nauwelijks verholen antisemitische elementen, waar de huidige FvD niet vies van blijkt (huidige, want aan de recente afsplitsingen van de FvD als JA21 en de huisjesmelkerspartij lijkt ook afkeer van antisemitisch complotdenken ten grondslag te hebben gelegen).

Hangt de FvD ook de mythe van een nationale renaissance aan? Welzeker, want alleen een nationale wedergeboorte kan ons doen ontsnappen aan de afgrond waar dit supercomplot het boreale avondland in wil storten. Voeg daarbij contacten met ultrarechtse groeperingen als Erkenbrand en dwarsverbanden met social media-fora waar het oproepen tot tribunalen tegen politici en anderen nog tot de onschuldiger uitingen behoren en we zijn niet ver meer af van het propageren van geweld.

Knegt houdt slagen om de arm en spreekt geen vonnis uit. Maar toch: weliswaar marcheert de FvD niet als ooit de SA of de Italiaanse zwarthemden in uniform door de straten, maar veel meer valt niet te bedenken om je er nog van te laten weerhouden die partij als fascistisch te betitelen.

Hans van der Heijde

Daniel Knegt – Fascisme. Athenaeum – Polak & Van Gennep, Elementaire Deeltjes nr. 77. 164 blz. € 12,50.