Een boek biedt altijd houvast

Het lijkt toeval dat ze uitgerekend in Jerevan terechtkomt. Maar is het dat ook? Helene Mazavian werkt als boekrestauratrice in Berlijn als ze een uitnodiging krijgt om zich in een historisch instituut in Armenië te bekwamen in oude boekbindtechnieken. Ze weet dat ze Armeense roots heeft, maar is niet nieuwsgierig naar het land. Ze wil leren boekbinden. Denkt ze.

Kort voor ze vertrekt steekt haar moeder haar een een oude familiefoto toe. Wie erop staan is onduidelijk. ‘Je weet, je grootouders hebben niet veel verteld. (…) Het zijn leden van de familie, wie er nog in leven is weet ik niet. Ga ernaartoe, spreek met hen, Lenka.’ Als Helene tegensputtert, dat ze naar Armenië gaat om te werken, niet om familie te zoeken, doet haar moeder of ze niets hoort. ‘Hebben jullie geen thee?’

Mensen praten langs elkaar heen in Hier zijn leeuwen, de derde roman van de Russisch-Duitse Katerina Poladjan. Ze zitten in hun eigen wereldje, ze weten niet hoe ze op elkaar moeten reageren, ze durven het niet, ze zijn elders met hun gedachten, of ze hebben gewoon geen idee waar ze mee bezig zijn. Waarschijnlijk vooral dat laatste. Ze rommelen maar wat aan, de dingen overkomen hen.

Je moet het maar durven als schrijver: personages creëren die totaal geen zelfinzicht hebben en die zichzelf tegenspreken. Voor je het weet, zit je vast in richtingloos geklets en gefilosofeer waar geen lezer iets mee kan. Katerina Poladjan durfde het risico te nemen – en slaagde glansrijk in haar opzet. In de eerste hoofdstukken van Hier zijn leeuwen raak je als lezer gemakkelijk de draad kwijt. Maar als je hem eenmaal te pakken hebt, ben je verkocht. Ja, zo twijfelen mensen, realiseer je je dan. Zo hangen levens van vermeende toevalligheden aan elkaar. Precies zo en niet anders.

Zodra ze in Jerevan aankomt, stort Helene zich op haar werk, het restaureren van een oude familiebijbel. In de kantlijn en op een achterpagina staan persoons- en plaatsnamen en intrigerende opmerkingen gekrabbeld. Wat ze betekenen, valt niet meer te achterhalen, dus is Helene op haar fantasie aangewezen. Ze stelt zich voor hoe twee kinderen, Anahid en Hrant, wier namen meermaals vermeld staan, het boek in de tijd van de Armeense genocide op hun vlucht met zich mee hebben gedragen, als hun enige overgebleven bezit. Na verloop van tijd lopen deze fantasieën over in wat Helene over haar eigen familie te weten komt. Een grens tussen haar fictie en de feiten is niet te trekken.

Precies zo gaan de verhalen over haar eigen leven met Helene op de loop. Ze beweert dan wel dat ze naar Jerevan is gekomen om te werken, maar is dat ook echt zo? Is ze niet gewoon op de vlucht voor een relatie waarvan ze niet weet wat ze ermee aan moet? Waarom wordt ze anders zo halsoverkop verliefd op Levon, de zoon van haar leidinggevende? En ze beweert dan wel dat ze haar familiegeschiedenis alleen voor haar moeder in kaart brengt, maar waarom grijpt de geschiedenis van het Armeense volk haar dan zo aan? Kwam ze dan toch niet alleen naar Armenië om te leren boekbinden?

Juist door hun motieven zo in het ongewisse te laten en ze zoveel tegenstrijdigs te laten beweren, weet Poladjan zeer overtuigende personages te creëren. Maar Hier zijn leeuwen is meer dan alleen een prachtig portret van een zoekende, tastende vrouw. Het biedt ook een kennismaking met de Armeense geschiedenis en bovenal: het is een liefdesverklaring aan het boek. Vertaalster Floor Borsboom vermeldt in een nawoord dat ze meermaals hulp van Nederlandse specialisten heeft ingeroepen om de vakterminologie goed te kunnen vertalen. Een proeve:

Ik verwijderde de leren bekleding. Op het laatst zou ik de flap losmaken van het achterplat, de zijden doublure aan de binnenkant bevochtigen, gladstrijken en met geverfde zijde verstevigen, de zijde cacheren met Japans papier. Het boekblok was bruin gevlekt, bij de katernvouwen plakten bladen aan elkaar. Ik klemde het boekblok in een verguldpers, bestreek de rug met methylcellulose en verwijderde met een scalpel het teveel aan lijm.

Zo zorgvuldig en liefdevol als Helene aan die prachtige, oude bijbel werkt, zo nauwkeurig is Poladjan geweest in haar beschrijvingen – en zo liefdevol is het boek vertaald. (Al zitten er ook een aantal pijnlijke missers in de vertaling, die je tussen het overduidelijke vakwerk niet zou verwachten.)

Een Armeense collega legt Helene uit dat Armeense bijbels zo klein en zo stevig gebonden zijn, omdat men ze op de vlucht moest kunnen meenemen. ‘U bent Duitse,’ voegt de collega daaraan toe. ‘U kent Heinrich Heine, u weet vast wel wat Heine heeft geschreven over boeken als draagbaar vaderland.’

De parallel tussen Helenes eigen leven en het verhaal dat ze verzint over ‘haar’ bijbel, over de broer en zus die ermee op de vlucht zijn, is prachtig. Als je op de vlucht bent, waar dan ook voor, als je niet meer weet waar thuishoort – een boek biedt altijd houvast. Hier zijn leeuwen van Katerina Poladjan is al een tijdje geleden verschenen en heeft in Nederland nog niet veel reacties losgemaakt, helaas. Ik wens het boek vele lezers en herdrukken toe, en te zijner tijd een mooie gebonden uitgave.

Ralph Aarnout

Katerina Poladjan – Hier zijn leeuwen. Vertaald uit het Duits door Floor Borsboom. Wereldbibliotheek, Amsterdam. 248 blz. € 22,99.