Klassieker met gevoel voor drama en een ingenieus plot

Laat je niet misleiden door de pikante titel, want hoewel De pin-up van de B-24 oogt als een stoere vliegtuigstrip met schone dames, is dit gelukkig andere koek. Oké, de clichés zijn niet van de lucht, met drie mooie verpleegsters en drie stoere vliegeniers, maar het verhaal heeft meer om het lijf dan een beetje vliegen en verlekkeren. Nog eens: gelukkig maar.

De B-24 is een bommenwerper die aan het einde van WO II crasht in de woestijn van Noord-Afrika. Glenn Baxter is naar zijn weten de enige overlevende en jaren later is hij min of meer bij toeval weer in Libië. Daar stuit hij op het wrak en ontdekt er van alles over het verleden. In een slim verteld verhaal vliegen we terug naar vroeger en wordt het hele verhaal nog eens naverteld: hoe de drie vliegeniers de drie dames tegenkwamen, wat er zich allemaal afspeelde tussen de zes en hoe de bommenwerper er een rol in kreeg.

De pin-up van de B-24 is een zogenaamde nose art-tekening, zoals die in vroeger tijden op veel vliegtuigneuzen terecht kwamen. Maar deze pin-up is iets bijzonders: het is samengesteld uit de drie meisjes, vandaar de wat onhandige naam Ali-La-Can, van Alice, Lana en Candy. Deze Ali-La-Can wordt even beroemd als verguisd, omdat het vaak de enige kist is die heelhuids van de luchtslagen terugkeert. Zou het met de illustratie te maken hebben? Laten we zeggen dat het bijgeloof de piloten niet vreemd is. Maar er is meer dan bijgeloof en dat is iets dat jaren later pas gaat broeien, vooral bij Glenn.

Tekenaar Chevereau en scenarist Manini maakten eerder de prima vliegtuigstrip Onder een loden hemel, ook een verhaal dat verder kijkt dan alleen maar vliegtuigen en heroïek. Dat is een aanbeveling om deze integrale editie zeker ook te lezen. Maar let even op: tegelijk met deze integrale reeks, waarin beide delen worden gebundeld, verschijnt ook het losse eerste deel – met exact dezelfde omslag. Het tweede deel, dat dus nu ook al in de integrale is te lezen, verschijnt pas in november. Wonderlijk, vooral omdat het complete verhaal echt in één keer gelezen moet worden.

In het boek is duidelijk te zien waar het eerste deel stopt en het tweede begint: het verhaal wordt daar namelijk onderbroken door een achtergronddossier over nose art en de historische verantwoording van de strip. Allemaal leuk en aardig, maar wie alleen deel 1 leest en nog een maand of twee moet wachten, begrijpt niets van het verhaal. Eerlijk gezegd: deel 1 is een rare ratjetoe van dramatische verhaallijnen en motiefjes. Pas wie aan het tweede deel toekomt, ziet alles duidelijk worden. En meer: het ingenieuze van het verhaal wordt ineens zichtbaar.

Ook zichtbaar is de hoge kwaliteit van de tekeningen. De pagina-opmaak is nergens over de top, maar zeker fraai: het gaat niet om de exacte weergave van ieder vliegwiel en iedere propeller, maar om het gevoel van de oorlog en de herinnering. De koppen zijn traditioneel – hoekige mannenkaken en volle vrouwenlijnen – en nergens too much. Het is allemaal netjes afgemeten en in orde, al is het zeker niet zo oubollig als Tanguy, Laverdure en Buck Danny.

De pin-up van de B-24 is een echt klassiek avonturenverhaal, met veel verklarende gesprekken, veel abc’tjes en met personages die zich maar niet uit hun knellende clichépakjes kunnen bevrijden. Verwacht geen enorme diepgang, maar wel een sterk verhaal met een plot dat echt knap in elkaar steekt. In filmtermen gezegd: het is geen arthouse, maar als blockbuster is het een prima verleider. Wie het uit heeft, weet zeker dat hij iets goeds gelezen heeft. Zonder meer.

Stefan Nieuwenhuis

Michel Chevereau & Jack Marini – De pin-up van de B-24, integrale editie. Daedalus. 120 blz. hardcover. € 34,95.