De onderstaande recensie van Gaglow komt uit 1998.

Doem uit het verleden

Duizenden pluizen in stoffige archieven het verleden van hun familie uit. Zo’n zoektocht naar het verleden is spannend, want je weet nooit welke barbaarse omen en adellijke tantes jouw familie herbergt. In de literatuur kan de zoektocht naar het verleden dezelfde spanning oproepen. Esther Freud reconstrueert in Gaglow de familiegeschiedenis van de Engelse actrice Sarah Linden.

Sarah is zwanger. De vader van haar kind heeft ze uit huis gezet. Haar dagen vult ze door naakt te poseren voor haar vader, die het schilderij telkens moet bijwerken, omdat haar lichaam verandert. Haar vader krijgt juist in die tijd een ‘verlate’ erfenis. Na de val van de muur worden onteigende familiebezittingen weer teruggegeven aan de rechtmatige eigenaren. Het landgoed Gaglow in Oost-Duitsland is van hun familie. Tijdens de lange poseersessies probeert Sarah haar vader aan het praten te krijgen over het verleden.

De lezer weet intussen al veel meer over die geschiedenis, want Freud schakelt per hoofdstuk van het heden naar het verleden. Vlak voor de Eerste Wereldoorlog krijgt de welgestelde joodse familie Belgard het landgoed Gaglow in handen dankzij de speelschulden van de vorige eigenaar. De Belgards worden gezien als indringers. Ze horen niet echt op het kasteel. De boosaardige kinderjuffrouw Schulze zet bovendien de dochters op tegen de moeder, een sympathieke, ruimdenkende vrouw. Bovendien begint Fraulein Schulze in het geheim een relatie met de al wat oudere zoon Emmanuel. Pas na de oorlog komt die verhouding aan het licht. Emmanuel wordt uit de familie verstoten.

Freud weet de spanning erin te houden. Vanaf het begin is duidelijk dat er een doem hangt over de familie Belgard en hun komst naar Gaglow. Het gekonkel van de kinderjuffrouw en de Wereldoorlog luidt de ineenstorting van de familie in.

Gaglow gaat vooral over de kunst om een familie te vormen en te blijven. Sarah komt erachter hoe uiteengeslagen haar familie is in het verleden. Ook haar ouders zijn gescheiden en nu gaat ook zij weer alleen een kind opvoeden. Alsof de doem van de geschiedenis aanwezig blijft in de familie. Sarah besluit om het landgoed te bezoeken met haar kind en tot haar ontstel-tenis, maar ook geluk, voegt haar vriend Mike zich bij haar. Pas als ze alleen in de tuin van Gaglow dwaalt, kan ze de losse eindjes van het verleden aan elkaar knopen en merkt ze dat de vloek over haar familie voorbij is. Er lijkt zelfs een happy end in te zitten.

‘Sarah,’ riep Mike weer. ‘We hebben je nodig,’ en even later sprong ik op en rende door het hoge gras naar het huis.

Gaglow is een ongelooflijk rijk boek. Niet alleen bevat het prachtige karaktertekeningen van mensen in verschillende tijden, het heeft ook op politiek vlak betekenis. In de wijze waarop de familie Belgard wordt behandeld is een voorafschaduwing van de Tweede Wereldoorlog te lezen. Het welkom dat Sarah Linden op het eind krijgt op het landgoed van haar familie lijkt de verzoening te zijn voor alle ellende die er tussen de Eerste Wereldoorlog en de val van de Muur heeft plaatsgevonden. Een aanrader.

Coen Peppelenbos

Esther Freud – Gaglow. (later heruitgegeven onder de titel Zomer in Gaglow) Vertaald door Anneke van Huisseling. De Bezige Bij, Amsterdam. 281 blz.

Deze recensie verscheen eerder in de Leeuwarder Courant op 16 januari 1998.