De man die zijn verloofde vergat

Het hedendaagse terugverlangen naar de overzichtelijke jaren zestig van de vorige eeuw, uit zich onder meer in de aanschaf van gatenplanten en rotan stoeltjes, maar ook in muziek en literatuur. De tweede roman van Kristine Bilkau, Een liefde, in gedachten, is overigens niet alleen een ietwat nostalgische sixties-roman, maar ook een ‘moederboek’, zoals er in het verlengde van het Boekenweekthema van dit jaar vele verschenen, én een vrouwenboek, omdat het ‘de kant van de vergeten vrouw’ uit vervlogen jaren belicht.

Dat klinkt allemaal erg geraffineerd, commercieel ook, maar Bilkau, die met haar eersteling De gelukkigen in 2015 de Deutsche Buchpreis won voor het beste romandebuut, weet maat te houden, zonder haar bedoelingen te kort te doen.

Een liefde, in gedachten vertelt het verhaal van een jonge vrouw aan het begin van de jaren zestig, gezien door de ogen van haar dochter, in onze tijd. Er ontstaat als het ware een dialoog tussen de overleden moeder en de zich vragen stellende dochter, waarin subtiel het gebrek aan kansen en mogelijkheden voor (jonge) vrouwen van vijftig jaar geleden wordt verduidelijkt. Neuzend in het huis van haar overleden moeder en denkend aan de verhalen die ze in de loop van de tijd gehoord heeft, begint in haar hoofd een spreekwoordelijke film te draaien, waarin haar moeder Antonia (Toni) en Edgar, de man die haar ooit op straat aansprak om samen koffie te gaan drinken, tot leven komen.

Bilkau laat het verhaal heen en weer springen tussen de schrale en benepen wereld van destijds en de huidige tijd, die Toni’s dochter zo veel meer te bieden heeft. Steeds opnieuw ervaren we Toni’s altijd constructieve houding om zich te schikken naar de normen van die tijd en dienstbaar te zijn aan de man, die echter botst met haar innig gevoelde vrijheidsdrang. Als Edgar de kans krijgt voor zijn werkgever een handelspost te openen in Hongkong, een stad die toen nog onnoemelijk veel verder weg lag dan tegenwoordig, meent ze dat dat de ontsnapping kan zijn uit het kleinburgerlijke milieu in het Duitsland van vlak na de oorlog.

Ik geloof dat ik weet wat je bedoelt. Op het vliegveld heb ik me zo gevoeld. Toen ik de stedennamen op het informatiebord las. Alles leek vol mogelijkheden.

Edgar, die zich in de roman aanvankelijk ontpopt als een attente vrijer, vertrekt op zeker moment, na de plechtige belofte gedaan te hebben haar zo spoedig mogelijk een vliegticket te sturen, zodat zij zich bij hem kan voegen. Maar de ene na de andere datum verstrijkt en Toni moet uiteindelijk onder ogen zien dat ze voor niks baan en huis heeft opgezegd. Wat haar rest zijn de al gevulde verhuiskisten en een verwijtende familie. Maar vooral een levenslange obsessie jegens de man die haar ‘vergat’.

De constructie van Een liefde, in gedachten, waarbij de dochterlijke blik sturend is, om de mores van de jaren zestig in een kleinsteeds milieu te duiden, werkt doeltreffend. Als lezer hoef je je daardoor niet al te zeer te storen aan het wel erg omzichtige baltsgedrag uit die tijd en de onomstreden hoofdrol van de man, omdat je mét de dochter je hoofd kan schudden. Zelfs de ontdekking dat Edgar al een kind blijkt te hebben uit een eerdere relatie, is voor Toni geen reden voor kritiek, terwijl hij juist onwetend wordt gehouden van haar korte zwangerschap en miskraam.

Eén moment staat ze op het punt Edgar erover te vertellen, over de droom, over de dagen in het ziekenhuis, maar ze verwerpt het meteen weer. Wat zou het hen beiden helpen als Edgar zich nu ook nog schuldig zou voelen.

Het neemt niet weg dat het boek wel enigszins lijdt onder de pogingen om de oude omgangsvormen invoelbaar te maken. Soms scheert Bilkau rakelings langs de sentimentaliteit van het goedkope rozengeur-genre, terwijl de traagheid en herhaling van handelingen hier en daar een ongewenste monotonie veroorzaken. Sterk is dan weer de goed uitgespeelde relativering: waar de moeder snakte naar vrijheid, die de dochter kreeg, snakt die op haar beurt juist weer naar meer verbondenheid.

André Keikes

Kristine Bilkau – Een liefde, in gedachten. Vertaald uit het Duits door Pauline de Bok, Cossee, Amsterdam, 220 blz. € 22,99.