Op de site van de hogeschool van Fontys staat een bericht over studenten en docenten die in actie kwamen nadat de mensen in het kantoor van Charlie Hebdo waren neergemaaid.

Docent en journalist Marieke van Willigen riep op om luid te laten weten dat wij “nooit onze mond zullen houden”. Zowel studenten als medewerkers konden elkaar vinden in de statements om de angst niet te laten regeren en te blijven strijden voor het vrije woord.

Fontys, Fontys, was dat niet die hogeschool die een paar maanden geleden Anton Dautzenberg met heel vage argumenten ontsloeg?

Hoeveel mensen stonden destijds op met een ‘Je suis Anton’-bordje?

Op de site van het Cultureel Persbureau staat een open brief van Joost Heijthuijsen aan Marjo Spee, directeur van de opleiding journalistiek, over de kwestie.

Namens Fontys ondertekende je een verklaring, verklaarde je publiekelijk dat jij je namens Fontys gaat inzetten voor de publieke waarden, omdat ze voor journalisten het belangrijkste goed zijn. Daarom wil ik jou, als directeur van een Fontys-opleiding, publiekelijk een vraag stellen over dat belangrijkste goed: vrijheid, die nooit los mag staan van verantwoordelijkheid.

Je verdedigde het zetten van vraagtekens. Fontys ontsloeg onlangs een schrijver, omdat hij te controversieel was. Die schrijver had geen enkele wet overtreden. Hij gebruikt enkel zijn pen. Fontys wilde daarna niet meer publiekelijk op de zaak reageren. Ik vraag me nu een aantal dingen af: hoe kijk je hier nu op terug? Met de kennis van nu? Mag die waarheid nu wel bevraagd worden?

Een dag eerder bepleitte Joost Heijthuijsen al dat Dautzenberg een eredoctoraat verdiende (al is dat aan een hogeschool wat lastig).

Op De Contrabas schrijft Chrétien Breukers:

In Tilburg moet de vrijheid nog worden opgelegd van bovenaf. Ik snap dat en denk aan wat mijn opa altijd zei: ‘Brabanders zijn ook mensen. Maar ándere mensen.