Een confrontatie tussen lichaam en geest

In 2013 debuteerde de schrijfster Eimear McBride met de roman Een meisje is maar half af. Ze werd terecht geprezen en bestempeld als één van de meest interessante nieuwe stemmen in de hedendaagse literatuur. Met haar nieuwe roman De mindere goden bekrachtigt McBride deze karakterisering.
Na de publicatie van haar debuutroman Een meisje is maar half af werd McBride gezien als erfgename van James Joyce en Samuel Beckett; de invloed van deze grootmeesters van het modernistische proza was dan ook evident. Door de idiosyncratische stijl van McBride is het een complexe roman. De zinnen lijken willekeurig af te breken en de dialogen zijn zonder leestekens in de tekst geïntegreerd. Hierdoor ontstaat er het poëtische ritme van een prozagedicht, waarbij de impressionistische stijl de grove inhoud en thematiek van de roman versterkt.

McBride’s nieuwe roman De mindere goden is een variatie op de belangrijkste thema’s uit haar debuutroman. Ook in deze roman zijn identiteit, schuld, seksueel misbruik en zelfdestructie belangrijke thema’s. De achttienjarige Ierse Eily is de verteller van de roman. In 1994 gaat ze studeren aan de toneelschool in Londen. Daar wil ze haar jeudige onwetendheid verliezen, want ze is ‘vermoeid van de last van alles wat ik niet weet.’ Ze ontmoet de twintig jaar oudere Stephen en krijgt een relatie met hem. Hij is een succesvolle acteur en de vader van een dochter die bijna net zo oud is als Eily en die hij al jarenlang niet heeft gezien. Stephen heeft een onstuimig verleden; hij is vroeger seksueel misbruikt, kampte met depressies en een hardnekkige drugsverslaving.

mindereEily is een intelligent meisje dat op jonge leeftijd ook seksueel is misbruikt. Haar verhouding met Stephen zorgt voor een belangrijke transformatie: ‘Het nieuwe opent zich weer voor me. Meisje was ik, vrouw word ik.’ Haar relatie met een twee decennia oudere man met een getroebleerd verleden is wellicht onbezonnen, maar zelfdestructie stuwt de bevrediging van haar verlangen terwijl het onverschillig staat tegenover de consequenties. Het rationele wordt, zoals zo vaak in de liefde, overschaduwd door het gevoel. Voor Eily is het tegenovergestelde van liefde niet onverschilligheid of haat: ‘Dat zie ik vanavond heel duidelijk, dat het tegenovergestelde van liefde wanhoop is.’ Maar kan deze liefde de wanhoop en de trauma’s uit het verleden wegpoetsen? Zowel Stephen als Eily verlangen ernaar hun traumatische verleden uit te wissen, maar het verleden verdwijnt niet. Het lijkt zelfs alomtegenwoordig; elke handeling, elk gevoel in het heden is een botsing met het verleden.

Eily’s keuzes en handelingen blijven altijd nevelig en zo ontstaat er een indrukwekkende psychologische intensiteit. Deze hevigheid is voornamelijk het gevolg van McBride’s impressionistische en idiosyncratische stijl. De stijl is minder radicaal dan in haar debuutroman, maar dat doet niets af aan het poëtische gehalte. Het is nog steeds onconventioneel door de integratie van de dialogen in de tekst zonder leestekens en haar eigenzinnige syntaxis:

Zijn deur en bel aan. Bel aan en luister en bel. Voetstappen. Grendel eraf slot en open. Daar. Hij, ogen toegeknepen tegen het licht, half slapend Hé het is net zeven uur wat doe je hier?

De mindere goden heeft geen krachtig plot waar opzienbarende gebeurtenissen elkaar opvolgen en toch heeft de roman een aanzuigende werking. Het is een introspectieve roman door de verinnerlijking van elke handeling. Dat betekent dat elke verrichting, hoe simpel en bescheiden deze is, gekoppeld is aan het gevoelsleven van de jonge verteller Eily. De roman is een constante confrontatie tussen lichaam en geest, tussen het fysieke en het emotionele.

De inhoud van de roman is grof en de stijl is subtiel. Deze balans wordt tijdelijk wat verstoord door Stephens lange verhaal over zijn verleden. De zinnen van zijn rauwe relaas zijn conventioneler dan de zinnen die Eily gebruikt. Het impressionisme maakt nagenoeg plaats voor realisme en daardoor wordt het grove wat te nadrukkelijk. Het tweede gedeelte van de roman is iets minder sterk dan het eerste, omdat Stephen en zijn heftige geschiedenis steeds dominanter worden. Stephen is namelijk iets minder interessant dan Eily, aangezien hij psychologisch een ietwat minder geraffineerd personage is. Zijn handelingen, keuzes en motieven zijn wat simplistischer dan die van Eily. Hoewel het verleden voor hem een ijkpunt is, kent hij zijn eigen geschiedenis minder goed dan hij denkt.

Net als Een meisje is maar half af is dit geen gemakkelijke roman. De mindere goden is geen vlot leesbare roman, het is wel een bijzonder goede roman. Stilistisch is het minder experimenteel en verstaanbaarder dan Een meisje is maar half af. Deze roman is minimaal net zo goed, zo niet beter, als zijn voorganger door de krachtige combinatie van de fijnzinnige en vurige psychologie van voornamelijk protagonist Eily en de poëtische stem waarmee ze vertelt.

Koen Schouwenburg

Eimear McBride – De mindere goden. Vertaald door Gerda Baardman. Hollands Diep. 320 blz. €24,99.

Deze recensie verscheen eerder in het Friesch Dagblad van 15 oktober 2016