Over kinderen en lezen is veel te doen. Met opvoeden kun je niet vroeg genoeg beginnen, en lezen is een wezenlijk onderdeel van die opvoeding. Weet elke ouder dat? Wie vroeg voorgelezen wordt en  vroeg gaat lezen, blijft een lezer. Want  lezen is leuk, prikkelt de fantasie, maakt je emotioneel rijker, geeft je inzichten, verbreedt je blik op de wereld en zo voort. Ik ben daar een mooi voorbeeld van.

Nu verbaast het mij dat er in de reguliere media zo weinig aandacht is voor kinder- en jeugdboeken. Er is überhaupt weinig ruimte voor boeken, maar de Olympische damesploeg langeafstandstwirlen zal daar net zo over denken: waar je zelf mee bezig bent vind je immers vaak het allerbelangrijkste van de hele wereld. Maar hoe komt de consument aan informatie? Die twee recensies die een dagblad in de week plaatst geeft natuurlijk geen representatief beeld van het aanbod. En de verdeling niet alleen in genre maar ook in leeftijd maakt het er niet makkelijker op. Er wordt ons opgedrongen welke dingen bij welke leeftijd horen, zodat ik mij nu genoodzaakt voel om uit de kast te komen: Ik ben Remco en ik lees ook kinderboeken.

Pfffff. Dat viel mee.

Lang heb ik mij kunnen verschuilen achter neefjes en nichtjes. Voorlezen? Natuurlijk! Een verhaaltje voor het slapengaan werd al snel een heel boek. Helaas kunnen de kinderen nu zelf lezen, maar sinds ik uit de kast ben (een regel of drie, vier geleden) kan ik eindelijk openlijk kinderboeken lezen. Nog wat wankel op de barricade raad ik de volwassen lezers van dit stukje graag een boek aan dat net verschenen is (voor 12+, geen bovengrens):  Droziers erfenis van Milan Hofmans. Hofmans is een bijzonder bevlogen schrijver en illustrator, die met dit tweede boek de verwachtingen na zijn eersteling meer dan waar maakt. Hij creëert een heel eigen universum, zijn boeken zitten vol geinige vondsten en humor. Hij schrijft filmisch en spannend,  met oog voor detail. Met Droziers erfenis heeft Hofmans ons een Da Vinci Code van eigen bodem geschonken. Vergeet die leeftijdsgrens.

Ook breek ik graag een lans voor auteur Anna van Praag. Ik heb haar nieuwe boek Nooit meer lief (verschijnt eind volgende maand) tijdens het schrijfproces mogen meelezen. Het thema is nogal revolutionair, zodat zij in Vrij Nederland tijdens de Kinderboekenweek een ingezonden artikel geplaatst kreeg. In haar boek is de hoofdpersoon namelijk geen held, geen zielige wees, geen bijdehand dier, geen leuk stout kind. Nee, haar hoofdpersoon is een rotkind. Gekweld door herinneringen uit haar eigen jeugd voeg Van Praag zich af waarom zij nooit haar evenbeeld tegenkwam in de kinderboeken die zij las. Voorzichtige navraag in haar vriendenkring leverde al snel meer ontboezemingen op dan in één boek zouden passen, maar niemand had er ooit over gelezen. En dus ging zij aan de slag.

Wie Nooit meer lief straks gaat lezen? Zullen ouders vrezen voor de zieltjes van hun kind? Krijgt dit boek straks een soort aflaatfunctie, en wordt het stukgelezen door volwassenen die bevestiging zoeken dat hij/zij niet het enige rotkind was? Wordt het een culthit onder volwassenen? Ik weet het niet, het wordt afwachten.

Samenvattend wil ik pleiten voor 1) meer ruimte in de media voor boeken in het algemeen, 2) het afwerpen van de leeftijdsgrens, en 3) aandacht voor zogenaamde kinderboeken in reguliere radioprogramma’s en talkshows. We are out and we are proud!