Joop Schafthuizen wil duizenden manuscripten uit het archief van Gerard Reve laten veilen. Het is onduidelijk wanneer de drie grote veilingen zullen plaatsvinden en welk veilinghuis is benaderd door de rechthebbende weduwnaar. Uitgesloten is niet dat Antiquariaat en Kunstzaal Schafthuizen, in 1986 nog furore makend met een catalogus Reve, de opdracht aanneemt. Een karrenvracht authentieke Reviana over ons, arme verzamelaars, uitstorten. Waarvoor? Geld? Roem? Eer? Waarvoor dan? Wel, voor de blinde kinderen in Nederland.

Gerard Reve zelf heeft vanaf de jaren zestig de handel in zijn eigen manuscripten en typoscripten tot kunst verheven. Wie een handgeschreven gedicht van Reve aan de muur van zijn studentenkamer of studeerkamer wilde hebben hoefde maar een aardig kaartje te sturen om per ommegaande een prijslijst te ontvangen. In een – natuurlijk ook verhandelde – brief aan een verzamelaar schreef Reve op 2 september 1965 al: ‘Ik verkoop reeds bijna alles wat ik schrijf, in de diverse opeenvolgende versies van wording, aan een verzamelaar, die al een vrij groot Revianum heeft, & mij gemiddeld meer per pagina manuskript betaalt dan Tirade plus de regering per tijdschriftpagina druks’. Die verzamelaar is Johan B.W. Polak, een van de grootste bibliofielen en handschriftenverzamelaars van de twintigste eeuw. Hij ontving zelf ook vele gratis brieven van Reve. Zijn ‘Revianum’ zit echter al jaren op slot. Nop Maas kreeg voor zijn biografie althans geen toegang tot het archief van Polak.

Antiquaar Piet van Winden had het talent om Revianen in BMW’s aan zich te binden en toverde in de jaren negentig Reve’s manuscriptenhandel om tot een altijd verrassend Reve-circus. Maar spreekstalmeester Van Winden verruilde die lucratieve piste voor een nieuw veilinghuis, alwaar hij zijn oude liefde Gerard Reve ook meteen maar inruilde. Jan Cremer was opeens de echte ‘volksschrijver’. Sindsdien is de handel in handgeschreven brieven, kladjes van gedichten en drukproeven van Reve – of om het even welke schrijver – moeizaam. En de nieuwe Johan Polak heeft zich ook nog niet gemeld.

Is het slecht voor de handel, de grote uitverkoop van Schafthuizen? Best mogelijk. Het aanbod overstelpt de vraag, de markt kan het niet aan, voor verzamelaars is de lol eraf. Te vroeg juichen kan ook: welke stukken er nu precies onder de hamer komen is niet bekend. En het zal niet de eerste keer zijn dat er hoog wordt opgegeven over een eigenlijk teleurstellende veiling. Het geval Büch. Eerst de catalogus zien! Maar de tijd dat teennagels, schaamhaar en nummerborden van Gerard Reve voor tienduizenden guldens van eigenaar wisselden is voorbij. Een handgeschreven autobiografie van Reve, aangevuld met niet de minste begeleidende brieven, hoeft nu slechts 1800 euro te kosten.

Mocht Schafthuizen binnenkort daadwerkelijk vele duizenden vellen handschrift, stuk voor stuk aangeraakt door de meester, tegelijk per opbod willen verkopen, dan moet dat wel effect hebben op de waarde prijs. Dan verworden authentieke unica tot snippers op de rivier. Dan kan elke arbeider een echte Reve ingelijst op de schouw zetten. Dan heeft de schrijver bereikt wat hij wilde: voor het volk! En dan kunnen die blinde en slechtziende kindjes eindelijk bij de kachel kruipen met De Avonden – als grootletteruitgave of luisterboek, natuurlijk.