De lezer als therapeut

Met bijna drie miljoen verkochte exemplaren van haar debuutroman, had Charlotte Roche een belofte waar te maken. Zou haar tweede roman Schossgebete (Schootgebed)  net zo goed zijn als haar eersteling Feuchtgebiete (Vochtige streken)? Haar debuutroman was onthutsend eerlijk en paarde taboedoorbrekende passages over de seksuele ontwikkeling van een getroubleerde adolescent aan een interessante psychologische ontwikkeling. Haar tweede roman heeft zeker net zo veel publiciteit gekregen, zowel in Duitsland als daarbuiten. De meningen zijn verdeeld en lopen uiteen van ‘een frisse wind door de verstofte Duitse literaire wereld’ (NRC Handelsblad, 20 oktober 2011) tot een gepikeerde reactie van überfeministe Alice Schwarzer op de site van het door haar opgerichte blad Emma. Maar of al die ophef terecht is?

In deze tweede roman speelt seks ook weer een grote rol, volgens Roche een taboedoorbrekende. Zij stelt hoofdpersoon Elisabeth voor als een burgerlijke vrouw die graag vrijgevochten wil zijn:

Tijdens de seks verlies ik mijn persoonlijkheid totaal. Mijn therapeute, mevrouw Drescher, zegt dat ik me onbewust afsplits, omdat mijn feministische moeder me tot een aseksueel wezen wilde opvoeden. En alleen om haar niet te verraden moet ik iemands anders worden. Dat werkt goed. Dan ben ik helemaal vrij. Ik schaam me nergens voor, de vrijheid op twee benen.

Het grootste manco van het boek komt in dit fragment naar voren: de innerlijke monoloog. Roche heeft voor dit perspectief gekozen, waarbij het belevende en observerende ik elkaar in de monoloog afwisselen. Het observeren zorgt voor een onoverbrugbare afstand tussen hoofdpersoon Elisabeth en de lezer. Zij is zich namelijk overbewust van zichzelf en ze deelt alles met ons, de lezers. Dat maakt het boek tot een belijdenis en de lezer wordt in de rol van Freud gedwongen. Maar de lezer ontbeert gaandeweg de motivatie om getuige te willen zijn van alle hersenspinsels van de neurotische Elisabeth, zelfs al heeft ze een boel ellende meegemaakt. Zo overlijden haar drie broers tijdens een auto-ongeluk op weg naar haar huwelijk. Zij namen samen met haar moeder de auto, om haar trouwjurk in perfecte staat naar Engeland te brengen. Dit ongeluk vormt een autobiografisch element in de roman en juist dat autobiografische heeft iets paradoxaals. In de roman vervloekt Elisabeth namelijk de reportages van Boulevard-Tv die verantwoordelijk zijn voor de sensatiezucht rondom het ongeluk en die ze betitelt als ‘je reinste emotieporno’.

Aan ieder de is de keus: bij de fatsoenlijken horen en zoiets vermijden, of bij de onfatsoenlijken horen en je sensatiezucht bevredigen, daadwerkelijk, aantoonbaar, ten koste van anderen!

Wat doet Roche zelf? Ze exploiteert een ongeluk uit haar leven om sensatie aan haar boek toe te voegen. Krijgt haar hoofdpersoon er diepgang door? Nee, want er is meer voor nodig om een ‘ware gebeurtenis’ uit de echte wereld tot een geloofwaardig verhaalmotief in een roman te maken. Daarvoor had Roche meer aandacht moeten schenken aan dit paradoxale element. Waarom voelt Elisabeth de behoefte om alles met de lezer te delen, terwijl ze zo´n afkeer heeft van sensatie? Waarom laat Roche haar hoofdpersonage zo expliciet over haar seksuele fantasieën en handelingen schrijven als dat personage alleen seks wil hebben achter ferm gesloten gordijnen?

Een groot schrijver herkent men aan wat hij weglaat. De auteur vertrouwt op de verbeelding van de lezer, want het draait bij romans (overigens net als bij film en theater) om de innerlijke voorstelling. Maar in Schootgebed kan niets aan de verbeelding overgelaten worden, want het verhaal rammelt aan alle kanten. Regel nummer één voor een goed boek is een geloofwaardige hoofdpersoon. Ze hoeft niet aangenaam te zijn, maar je moet wel met haar het boek in willen duiken. En bij een dusdanig verknipte vrouw moet de empathie van de lezer gewonnen worden. Roche laat dat in haar tweede roman na. Waar Helen uit Feuchtgebiete ontroerde in haar zoektocht naar de erkenning en liefde van haar ouders, mankeert het de 33-jarige Elisabeth aan persoonlijkheid. Roche heeft een la met neuroses opengetrokken, daar een aantal autobiografische elementen bijgedaan en het boek gelardeerd met expliciete seksscènes. Dit alles is beschreven in een erbarmelijke stijl die bol staat van de tegeltjesspreuken en die er door de slechte vertaling nog verder op achteruit is gegaan. Geen recept voor literair succes, wel voor de nodige publiciteit en daar lijkt Charlotte Roche van te houden!

Miriam Piters

Charlotte Roche – Schootgebed. Vertaald door Janneke Panders. De Bezige Bij, Amsterdam. 288 blz. € 18,90.