Vlaanderen boven!

Uw inktslaaf kon gelukkig nog net een stief kwartiertje vinden om zijn column te schrijven. Hij deelt nu eenmaal graag zijn levensvreugde met alle Tzummers. Weinigen realiseren zich dat een interview veel tijd kost. De debuutroman L’art français de la guerre waarmee Alexis Jenni vorig jaar de Prix Goncourt won is bijvoorbeeld in vertaling bijna zeven centimeter dik. Daar ben je toch al snel een vol etmaal mee bezig. Lezen, onderstrepen, een invalshoek noteren. Uw inktslaaf heeft, het voordeel van de ouderdom, genoeg aan vijf uur nachtrust. De tekst was bovendien verre van slaapverwekkend. Maar goed, tel er nog een dagje uitwerken en een door een paar gekneusde tenen, ha, een pied-noir, bemoeilijkte fietstocht heen en weer naar het hoofdstedelijke Ambassade Hotel bij op en je bent met twee vraaggesprekken van zeventig minuten een volledige werkweek zoet.

Afgelopen woensdag viel de blik van uw inktslaaf op de scheurkalender terwijl hij een recensie aan het tikken was. Donderdagavond een lezing in een bibliotheek in het oosten van het land en zaterdagochtend een gastles in Antwerpen, daar zou hij zich wel doorheen kletsen en in de trein kan men meestal rustig lezen want iedereen is bezig met de slimme prothese. Er ging een alarmbel af. Nog een deadline: aanvragen voor werkbeurzen moeten in zesvoud voor 1 december bij het Vlaamse Fonds voor de Letteren in Berchem zijn. Waar was de dodemansknop? Uw inktslaaf moest nu even voor zichzelf aan de gang. Alles van tafel af voor een ander soort papierwerk: een inkomensverklaring, eenvoudig, een werkplan, ideeën te over, een biografie en een bibliografie, voorhanden, de positionering binnen het oeuvre, vooruit.

‘Ik heb alweer een afwijzing gehad van het Nederlandse Letterenfonds,’ klaagde een schrijfster begin van dit jaar. ‘Wat ik alleen niet begrijp is waarom je ook nog een trap na krijgt. “Onvoldoende literaire ontwikkeling.” Wat betekent dat?’ Nietszeggend als een tulpenimago. Je vecht nu eenmaal tegen windmolens. Nederland, literair gidsland. Ja, ja. De botte klomp na. (Doe het niet, waarschuwt de ghostwriter in het achterhoofd, je schiet jezelf in de voet. Uw inktslaaf wijst op zijn paarse wreef. Veel erger kan het niet worden en bovendien zit hij toch al in de hospice van de schrijverij.)

Een basisbeurs die voor alle beroepsschrijvers gelijk is, dat zou een idee kunnen zijn. Nu lopen de bedragen uiteen van vijf maanden bijstand tot riante vakantievilla’s in Frankrijk. (Excuus, echtpaar.) Een overheid die, net zoals in Noorwegen en vroeger in Vlaanderen, uitgevers en schrijvers ondersteund door van elk oorspronkelijk werk een paar duizend exemplaren te kopen en die in de bibliotheken onder te brengen.

Een paar maanden geleden had uw inktslaaf een alleraardigst gesprekje bij een Amsterdamse bezwaarcommissie, met humor vang je nu eenmaal meer dan met Gallische toorn. Er werd wat afgelachen. Voordien had hij in de wachtkamer een van zijn eigen producties zien staan: Wereldschrijvers. Hoopgevend. Terloops, altijd de beste wijze, presenteerde hij een brief- en emailcorrespondentie met een twintigtal Grote Namen uit binnen- en vooral uit buitenland. Ja, uw inktslaaf is een literaire hoer. Aan het einde van een interview wil hij nog weleens een werkje van eigen hand in vertaling presenteren, in de hoop op een advies of een mening. Zo is hij aan zijn eigen quote vijfhonderd gekomen.

Weken later kwam het verlossende epistel. Geen cent. Goed, uw vrije lansier kan met ‘neen’ leven. Tussen neus en lippen, ze moeten zich hebben bescheurd, werd het hele oeuvre van deze nègre door de mangel gehaald met kwalificaties als ‘Het voordeel van de twijfel’, ‘Redelijk’, ‘Eén commissielid was gematigd positief’ en ‘Literair ondermaats’. Totale karaktermoord, indien je het toelaat. Het bracht uw inktslaaf slechts een uurtje uit zijn doen. Er wachtten immers deadlines. Naderhand las hij de motivatie nog eens door. Het is maar goed dat zijn ketenen stevig aan de werktafel zaten verankerd. De meningen van de Grote Namen, verkregen door zoiets eenvoudigs als het lezen van een boek, werden aan de kant geschoven met zinsneden als ‘het subjectieve karakter van de objectiviteit’. Kunt u nog zingen, zing dan mee! Uw inktslaaf mag tot de grond toe worden afgebroken, maar laat zijn verhalen en hun vrienden met rust. De pest in dit metier, en waarschijnlijk in de meeste vakgebieden, is dat je afhankelijk bent van mensen waar je eigenlijk normaalgesproken niet mee om wilt gaan. De wet van de omgekeerde wereld. Een auteur die veel aandacht krijgt in de media, stoppen we wat extra’s toe. Daar kan een subsidiërende organisatie namelijk mooi mee pronken.

De trein naar Antwerpen had vertraging. Vrijdag 30 november, vijf minuten voor middernacht, verdween de envelop met de werkbeursaanvraag in de brievenbus in Berchem. Vlaanderen boven!

Guus Bauer