Menselijkheid is het hoogste goed

Gefascineerd door het vooruitgangsdenken en de specifieke rol hierin van de medische wetenschap, liet Margaretha van Andel ‘haar fantasie de vrije loop’ en componeerde een eigen dystopie. Setting is het jaar 2275. De 18-jarige Levya en boezemvriend Rheyn zijn net afgestudeerd aan de ‘Academie’ en staan aan de vooravond van hun ‘Bezinningsjaar’, een soort van sabbat, alvorens ze ‘in Transit’ gaan. Daar krijgen ze hun definitieve levenspad opgelegd en worden een volwaardig lid van de gemeenschap. Het ondernemende tweetal verlaat de grenzen van de hoogtechnologische maatschappij ‘Uter’ en begeeft zich naar het reservaat waar de ‘grauwers’, een soort van mensapen, wonen. Het leidt tot een diepgaander contact met ‘grauwer’ Aag, die de gezanten van Uter op haar beurt als ‘gieren’ omschrijft. Het onverwachte verhaalbegin ‘in medias res’ creëert een bevreemdend effect, dat tegelijkertijd nieuwsgierig maakt naar het verhaalverloop. Hoewel het verhaalgegeven vrij eenvoudig is, refereert van Andel meermaals aan kennis over Uter en wetenschappelijke informatie waarover de lezer vooralsnog niet beschikt.

in-transit-margaretha-van-andelVanzelfsprekend raken de levens van het drietal met elkaar verbonden. Als grauwer wordt Aag gevangengenomen en ondergaat ze in Uter allerhande gruwelijke proeven. Handig is wel dat ze via een communicatie-implantaat met de ‘gieren’ leert communiceren. Rheyn en Levya van hun kant worden zich steeds meer bewust van hiaten in de ‘heilige waarheid van Uter’; hun achtergrond en opleiding komt op losse schroeven te staan. Vanzelfsprekend leidt dit tot conflicten met het gezag. Echt spannend wordt het echter niet, want van Andel grossiert opzichtig in tal van samenzweringen en complottheorieën om de verschillende verhaallijntjes samen te brengen.

Van Andel is het sterkst wanneer ze prangende vragen stelt naar moeilijk te doorgronden begrippen, zoals ‘zingeving’ en ‘bestaansrecht’. Tevens plaatste ze kritische vraagtekens bij onze omgang met iedereen die we als ‘de ander’ bestempelen. Gaandeweg wil van Andel steeds duidelijker een boodschap meegeven; tégen het hokjesdenken en vóór menselijkheid en mededogen. In Transit wordt steeds meer een felle aanklacht tegen rassenscheiding. Het boodschapperige karakter gaat de verhaallijn herhaaldelijk domineren. Levya, Rheyn en Aag komen tot wederzijds begrip en leren om mensen niet langer tot hun afkomst te beperken. De zogenaamde gieren of ‘humanen’ mogen dan wel sterk geëvolueerd zijn, terecht stelt van Andel hun ‘maakbaarheid’ aan de kaak en hun gebrek aan gevoelens en mededogen. Dat de grauwers, met Aag als ‘prototype’, vanzelfsprekend wel over menselijkheid beschikken, stelt haar in staat om beide ‘types’ mensen nogal karikaturaal tegenover elkaar te plaatsen.

Van Andel laat haar drie personages beurtelings aan het woord. Grauwer ‘Aag’ bericht als vertellende ik-figuur, waardoor haar bijdragen het sterkst beklijven. De passages over Levya en Rheyn, verteld door een personele verteller, blijven afstandelijker. Dit wordt vooral duidelijk in de dialogen, die papieren gesprekken blijven en de soepelheid van natuurlijke conversaties ontberen. Slechts sporadisch biedt van Andel een geslaagde inkijk in de psyche van de hoogontwikkelde, maakbare mens.

In Transit is gelaagder en vooral ook ambitieuzer dan van Andels vorige adolescentenromans, Buitenstaanders (2011) en Ik (2014). Als dystopie beschikt de roman over een potentieel interessante plot, die de auteur verrijkt met prangende vragen en kritische bemerkingen. Een volledig geslaagd verhaal is In Transit echter geenszins geworden: meer dan 340 pagina’s kan de auteur het niet boeiend houden, daarvoor mist haar verhaal aan urgentie en diepgang. Van Andel verliest zich teveel in allerhande zijlijntjes en details, wat het vertelritme voortdurend nodeloos onderbreekt. Gaandeweg verliest van Andel het overzicht te sterk uit het oog, waardoor In Transit vooral een aanklacht tegen de ontmenselijking van onze soort wordt. Het levert sporadisch enkele sterke passages op, maar kan als geheel niet langer overtuigen.

Jürgen Peeters

Margaretha van Andel – In Transit. Lemniscaat, Rotterdam. 344 blz. € 16.95.