Jordi Lammers, student Nederlands aan de Radboud Universiteit en dichter, betoogt vanochtend in de Volkskrant dat de CPNB er nog steeds, ten onrechte, van uitgaat dat mannen beter schrijven dan vrouwen. Dat blijkt niet alleen uit de keuze van de schrijver van het boekenweekgeschenk — ‘de afgelopen tien jaar kreeg slechts één vrouw de kans om het boekenweekgeschenk te schrijven: Esther Gerritsen’ —, ook uit de manier waarop de CPNB het thema van de komende Boekenweek onder de aandacht brengt.

Lammers: ‘Wie de website van de Boekenweek bezoekt, zal een lijst vinden met personages die verboden vruchten plukken. Wat blijkt? Veertien van de zestien titels die de stichting noemt, zijn door een man geschreven. Het signaal: mannen schrijven niet alleen beter, ze schrijven ook vaker over de spannende kanten van het leven.’

Om het ongelijk van de CPNB te bewijzen, wijst hij op ‘het aantal vrouwelijke literaire prijswinnaars dit jaar. Lize Spit won de boekhandelprijs, Hannah Bervoets de Frans Kellendonkprijs en de BNG Nieuwe Literatuurprijs, Roos van Rijswijk de Anton Wachterprijs, Hagar Peeters de Gouden Boekenuil en de meest prestigieuze prijs van het Nederlandse taalgebied, de Libris Literatuurprijs, ging naar Connie Palmen.’

Vorig jaar was er al discussie toen bleek dat de keuze op Herman Koch was gevallen als auteur van het boekenweekgeschenk 2017. Dat leidde toen al tot een reactie van Jordi Lammers, zie onder in dit stuk op Tzum.