Haar werk was niet goed genoeg om opgenomen te worden in de bloemlezing De Nederlandse poëzie van de twintigste en eenentwintigste eeuw in 1000 en enige gedichten van Ilja Leonard Pfeijffer en toch heeft Judith Herzberg (Amsterdam, 4 november 1934) Prijs der Nederlandse Letteren 2018 gekregen ter aarde van 40.000. De Nederlandse minister Ingrid van Engelshoven maakte dit namens het Comité van Ministers van de Taalunie bekend.

Uit het juryrapport:

Herzbergs poëzie is hartverscheurend eenvoudig en juist daardoor complex. Haar precieze observaties uit het dagelijks leven leggen iets essentieels van het menselijk verkeer bloot. Haar werk kan zich meten met dat van Nobelprijswinnares Wisława Szymborska. Haar toon is altijd natuurlijk, zo natuurlijk dat die alleen maar het gevolg kan zijn van een enorme beheersing van taal en vorm, van techniek. Die beheersing blijkt ook uit de manier waarop ze klank gebruikt. Haar taal nadert de muziek.

Judith Herzberg is een van Nederlands bekendste dichters. Zij debuteerde in 1963 met de dichtbundel Zeepost. Daarna volgden vele bundels waaronder Beemdgras, Strijklicht, 27 liefdesliedjes, Wat zij wilde schilderen, Zoals en Soms vaak.

Vanaf het begin van de jaren zeventig volgden ook toneelstukken. ‘Haar toneel was baanbrekend in de jaren tachtig. Leedvermaak heeft een onuitwisbare indruk gemaakt door de schijnbaar luchthartige manier waarop zij het zwijgen over oorlogservaringen verwoordt,’ aldus de jury. In 1997 kreeg Herzberg de P.C. Hooftprijs voor haar hele oeuvre. Naast toneel schrijft Herzberg ook proza, uitgegeven in onder meer Liever brieven en Er was er eens en er was er eens niet.

De Prijs der Nederlandse Letteren is een prestigieuze literaire prijs in het Nederlandse taalgebied en onderscheidt auteurs van belangrijke, oorspronkelijk in het Nederlands geschreven letterkundige werken. De Taalunie kent de prijs om de drie jaar toe aan een auteur wiens oeuvre een belangrijke plaats inneemt in de Nederlandstalige literatuur. De prijs heeft als doel om de Nederlandstalige cultuur, binnen en buiten het taalgebied, onder de aandacht te brengen. De prijs onderstreept bovendien het feit dat in het Nederlands kwalitatief hoogstaande literatuur wordt geschreven.

De prijs wordt afwisselend uitgereikt door de Nederlandse en de Belgische Koning. In november 2018 zal Koning Willem-Alexander de prijs uitreiken in Amsterdam.

De jury bestond uit: Marita Mathijsen-Verkooijen (NL, voorzitter), emeritus hoogleraar Moderne Nederlandse letterkunde, Universiteit van Amsterdam; Mark Cloostermans (B), literair recensent De Standaard; Fikry El Azzouzi (B), auteur, theatermaker; Jane Fenoulhet (UK), emeritus professor of Modern Dutch Studies, University College London; Marja Pruis (NL), auteur, literair recensent De Groene Amsterdammer; Matthijs de Ridder (NL), auteur, literair recensent, bestuurslid De Reactor, biograaf (Paul van Ostaijen); Johan Van Iseghem (B), emeritus hoogleraar Moderne Nederlandse letterkunde en Moedertaaldidactiek, KU Leuven; Christine Werners-Samsom (SUR), recensent/eindredacteur literaire pagina dagblad De Ware Tijd.

(Foto Judith Herzberg: Bogaerts, Rob / Anefo, CC BY 4.0)