Nudist

Het grootste voordeel van een naaktstrand is de afwezigheid van kinderen. Dat scheelt een hoop lawaai, zeker als je wilt lezen op het strand. Op het strand van Kijkduin, waar ik meestal naartoe ga, moet je wel uitkijken dat je niet in de nabijheid van gelooide oude Hagenezen komt te liggen die hun ziektegeschiedenissen breed uitmeten, want dat bevordert de concentratie ook niet. Vroeger lag ik de hele dag te bakken in de duinen, tegenwoordig zit ik aan het eind van de middag met factor veertig aan de kustlijn. Er zijn wat lichaamsdelen in verval geraakt en hier en daar is er iets verzakt, maar de vroegere schaamte is veranderd in een houding die het best te omschrijven is als: meer kan ik er niet van maken. De zwaartekracht heeft gewonnen. Of, zoals mijn personal coach Martijn van Plaza Sportiva afgelopen maandag tegen me zei: ‘Zullen we het wegen maar een keertje overslaan?’

Onlangs was ik te gast bij een leesclub in Beetsterzwaag. Je wordt daar als een vorst onthaald met allerlei lekkere hapjes. De dames hadden mijn roman De valkunstenaar aandachtig gelezen en ik kreeg goede vragen over het boek. Er was één kritiekpunt. Een aardige mevrouw zei dat ik een scène op een nudistencamping had opgenomen en een op het naaktstrand van Kijkduin en beide keren gebeurt er daarna iets seksueels. Even was ik bang dat ze zou zeggen dat er te veel seks in het boek zou zitten, maar dat was het punt niet: ik bevestigde met die scènes het vooroordeel dat nudisme en seks met elkaar te maken hadden. Ik gaf haar volkomen gelijk.

Later bedacht ik me dat die reactie niet helemaal klopte. Voor gays is het naaktstrand ook een plek om te flirten, om te kijken en bekeken te worden. Mijn eerste vriendje heb ik ontmoet op het naaktstrand en ik heb hem ontdooid met een ijsje. Dat is alweer lang geleden. Vanaf een jaar of veertig word je genegeerd en neem je geen boek meer mee om een reden te hebben om op je buik te liggen, maar gewoon om te lezen.

Coen Peppelenbos

Deze column verscheen eerder in een kortere versie in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 9 juni 2018.

(beeld: Paul Cézanne)