Het gevarieerde succes van striptijdschriften

Wie zorgvuldig kijkt naar het aanbod van striptijdschriften in Nederland kan niet anders dan concluderen dat het helemaal niet slecht of karig is gesteld. Natuurlijk kunnen de oplagen hoger en zou het mooi zijn als er een diverser publiek wordt bereikt, maar toch: de veelzijdigheid is evident. Een kleine rondgang bewijst het: voor de klassieke (avonturen)strip zijn de Eppo en de dikke Stripglossy, liefhebbers van small press, curiosa en underground lezen Zone 5300 en sinds twee jaar is er het imposante, Engelstalige stripkunstperiodiek Scratches, waarvan tot op heden twee nummers verschenen.

Scratches, dat zich omschrijft als ’the paper highway between artist and reader’, is wel degelijk van Nederlandse makelij. Achter het perfect vormgegeven tijdschrift gaan illustrator Joost Swarte en uitgever Hansje Joustra schuil: twee namen uit de hogere regionen van het beeldverhaal. In Scratches treft de avontuurlijke lezer spannend grafisch werk van Erik Kriek, Lukas Verstraete (die ook het omslag tekende) en Brecht Evens. Hoogtepunt is de bijdrage van Tobias Schalken, die met de strip The light of home overtuigend bewijst over een zeldzame vertelstem te beschikken.

Achterin het omslag is het unieke werk ingeplakt van Jochen Gerner, een Franse tekenaar die het meer dan wie ook verdient in het Nederlands uitgegeven te worden. Zijn werk is vaak ronduit bizar met niets te vergelijken. Neem bijvoorbeeld zijn album Panorama du froid / Icebergs, een boek vol met illustraties van locaties en gebouwen, zoals de Notre Dame, Trafalgar Square en Bahnhof Zoo, die zijn veranderd in ijsschotsen – en dus in wezen onherkenbaar.

De redactie, die zich laat souffleren door een heuse Scratches Academy met onder anderen Maus-tekenaar Art Spiegelman en vermaard stripjournalist Paul Gravett, zoekt het ook buiten de gebaande paden van het beeldverhaal: het grafische werk van Sami Ki, dat sterk leunt op architectuur, is een bijzondere ontdekking. Hetzelfde geldt voor de intense potloodillustraties van Ludwig Volbeda.

Mede dankzij enkele journalistieke bijdragen, bijvoorbeeld over Professor Pi van Bob van den Born en Frank King (Gasoline Alley), is Scratches in zijn wezen geslaagd: het slaat bruggen tussen beeldverhaal en gelijkgestemde kunstvormen.

Opvallend is dat met Scratches in Nederland ook in Frankrijk en België soortgelijke nieuwe tijdschriften verschenen. Bij de zuiderburen veranderde het tweemaandelijkse informatieblad Stripgids in een massief, halfjaarlijkse striptijdschrift met lange stripverhalen en puik journalistiek werk. In Frankrijk verschijnt sinds een jaar het uitvoerige Les Arts Dessinés, dat net als Scratches het beeldverhaal plaatst in een breder perspectief, naast beeldende kunst, architectuur, illustratie en grafiek. Dit is een positieve ontwikkeling die bijdraagt aan de waardering van het beeldverhaal als serieus medium.

Stefan Nieuwenhuis

Scratches 2. Uitgeverij Scratch, 112 blz., € 30,00.