Wat is normaal

Begin jaren zeventig bracht regisseur Rosa von Praunheim Nicht der Homosexuelle ist pervers, sondern die Situation, in der er lebt. De film van de homo-activist is waarschijnlijk niet meer om aan te zien, maar de titel van de film is nog steeds van toepassing op allerlei individuen die door de maatschappij als anders gezien worden, terwijl zij zichzelf als volstrekt normaal beschouwen. In het als roman gepresenteerde boek Welkom bij de club beschrijft Thomas van der Meer de weg die hoofdpersoon Thomas gaat van meisje naar jongen. Als kind weet hij eigenlijk al dat hij geen meisje is en hij wilde zeker niet bij de transseksuele freaks behoren die hij in tv-programma’s zag. Voor hemzelf is het wel duidelijk dat hij geen meisje was en Van der Meer problematiseert dat gegeven ook niet in deze roman. Voor de mensen om de hoofdpersoon heen is dat wat anders. Allereerst geldt dat natuurlijk bij de noodzakelijke coming-out.

Van geslacht veranderen was na doodgaan het ergste wat je je ouders kon aandoen.

Het knappe van Welkom bij de club is dat Van der Meer de toon in het boek consequent licht houdt. Dat komt vooral omdat hij de mensen een spiegel voorhoudt. Thomas is na zijn transitie gewoon een man die op kantoor werkt en vrij normale dingen doet. Het zijn de anderen die met vreemde opmerkingen en rare vragen komen. Een mooi voorbeeld daarvan is mevrouw Krabbenborg, de meerdere van Thomas op kantoor, die van hem een bezienswaardigheid maakt. Ze neemt haar ouders mee naar kantoor om naar Thomas te kijken en ook haar kinderen. Mevrouw Kranenborg weet namelijk niet hoe ze het aan haar kinderen moet vertellen. De kinderen zien echter niets bijzonders en gaan gewoon met Thomas om. Je krijgt een beetje het idee dat dat teleurstellend is voor mevrouw Kranenborg die er waarschijnlijk meer van verwachtte.

Scènes die in andere boeken breed uitgesmeerd zouden worden, houdt Van der Meer ingetogen en juist daardoor werken ze. Lees in de volgende scène maar eens wat er allemaal niet staat:

Het wetsvoorstel werd aangenomen door de Tweede Kamer en daarna ook door de Eerste Kamer. Om je naam en geslacht officieel te wijzigen moets je met een verklaring van de psycholoog naar het gemeentehuis van je geboorteplaats. Ik had bij mijn ouders gelogeerd zodat ik vandaag, de eerste dag dat de wet van kracht was meteen kon gaan.
‘Zal ik meegaan?’ vroeg mijn moeder.
Ik stond in de keuken een ontbijt klaar te maken.
‘Nee, hoor,’ zei ik. ‘Dat hoeft niet.’
Ik deed de koelkast open zag een doos gebak staan. Mijn moeder had vrij genomen van haar werk en een taart gekocht.
‘Het lijkt me eigenlijk toch wel prettig als je meegaat,’ zei ik.
Even later, in het gemeentehuis, gaf mijn moeder me mijn naam.
‘Thomas,’ zei ze. ‘Hij heet Thomas.’

Zo’n scène vind ik prachtig. Van der Meer schrijft ook zinnetjes om door een ringetje te halen: ‘Louis liep nergens tegenaan, behalve tegen de Franse uitspraak van zijn naam.’ Het is te hopen dat Van der Meer doorgaat met schrijven.

Coen Peppelenbos

Thomas van der Meer – Welkom bij de club. Pluim, Amsterdam. 160 blz. € 19,99.