Burengerucht in de ecowijk

De boektitel suggereert al onheil. De novelle Een huis dat van ons is van de Parijse schrijfster Julia Deck levert volop brandstof voor sluimerende vooroordelen over buitenwijken, voorsteden of eng naar binnen gekeerde dorpen. Van die oorden waar iedereen op elkaar let en permanent z’n best doet zichzelf te profileren ten koste van de anderen. Een ideale plek voor machtsspelletjes en wraakzucht. Het middelbare stel dat de hectiek van Parijs ontvlucht om zich neer te laten in een van de voorstadjes van de Franse hoofdstad wordt al snel meegezogen in de dwingende atmosfeer van deze nieuwbouwomgeving.

Het is een ecowijk waar ze terecht komen, dat om te beginnen, dus willen de bewoners nooit nalaten te benadrukken hoe weldenkend en correct ze in het leven staan, al bezuinigen ze niet op grote auto’s, lawaai en stinkende barbecue-sessies. Er is uiteraard sprake van zonnepanelen, warmtewisselaars, moestuinen en meer van zulke dingen, die het niet allemaal even goed doen, dat heb je nu eenmaal met pionierswerk: ‘Intussen douchten we koud.’ Dus verandert de zonne-energie op termijn toch maar weer in gas en zo lang dat niet geregeld is in oliestook. Er wordt aan yoga gedaan en natuurlijk ook aan creatieve bezigheden, zoals het met zonsondergangen beschilderen van lampenkappen en het met suikerstrikjes versieren van cupcakes.

De hoofdpersonages, die lange tijd als ‘ik’ en ‘jij’ worden aangeduid, maar later Eva en Charles Caradec blijken te heten, zijn op hun eigen manier ook wel zo, blijkt al in het begin. Ze beschikken na dertig jaar gemeenschappelijk leven over een paar duizend boeken, de hoognodige meubels en zeer weinig voorwerpen. Nauwelijks dingen dus, omdat ze meenden dat die ‘de luchtstroom belemmerden, de vrije doorgang van gedachten stremden’.

Decks personages mijmeren vaak en veel over dagelijkse situaties. Ze zijn niet voor niets vertrokken uit het verstikkende Parijs en dus moet het nieuwe leven hun brengen wat ze er van verwacht en gehoopt hadden. Leuk detail hierbij is Eva’s professie: de stadsinrichting. Het nieuwe bestaan in de regio valt tegen, want de mede-ecowijkbewoners in de gehorige huizen hebben ook zo hun ideeën over optimale zelfverwerkelijking, het innemen van machtsposities en de mogelijkheden van zelfexpositie.

Arnaud liet de motor draaien om zijn aanwezigheid voor niemand onopgemerkt te laten voorbijgaan, niesde met groot misbaar, klapte portieren en deuren achter zich dicht. Hij had het nodig om een zo groot mogelijke klankruimte te bezetten, zich in alle dimensies van het leven krachtig te voelen bestaan.

Deze manifestatiedrift betreft niet alleen buurman Arnaud Lecoq, maar ook diens vrouw Annabelle, die haar dagen immer giechelend en gekleed in minihotpants doorbrengt. Haar outfit, gecombineerd met flirterig gedrag werkt als een magneet op de mannelijke buren en hiermee indirect op de bij die mannen horende echtgenotes, die het mens wel wat aan willen doen.

Julia Deck heeft, zo bleek al eerder uit het eveneens in het Nederlands vertaalde Viviane Elisabeth Fauville, een prachtig onderkoelde stijl. In Een huis dat van ons is laat ze protagonist Eva op een specifieke manier redeneren, waardoor je de opgetrokken wenkbrauwen en opgehaalde schouders er gemakkelijk bij denkt. Echtgenoot Charles is een aan pillen en psychotherapie verslaafde afzijdige, die zijn hele leven het liefst thuis zit, zo mogelijk slapend. Hij komt alleen in beweging als Eva weer wat gerucht bij buren heeft opgemerkt, dat hij vervolgens van afwijzend commentaar voorziet.

De novelle tekent in dertig hoofdstukjes het allerminst kalme bestaan in een verstikkende groene voorstad, waar onder je neus zo maar de gruwelijkste dingen zouden kunnen gebeuren. Dat blijkt dan ook het geval te zijn, waarna Een huis dat van ons is van een sprankelende zedenschets, die helemaal geen plot nodig heeft, verandert in wat je een detectiveverhaal zou kunnen noemen. Veel lezers kunnen tegenwoordig niet meer zonder moord en doodslag, maar we zijn niet allemaal van de thriller-elementen. Die ontwikkelingen, met dode kat, gestorte betonvloer, karikaturaal onnozele agenten en verdwenen lellebel, hadden ook best achterwege mogen blijven. Decks ironisch universum is zonder al te veel intriges al fascinerend genoeg.

André Keikes

Julia Deck – Een huis dat van ons is. Vertaald door Katrien Vandenberghe, Vleugels, Bleiswijk. 128 blz. € 22,90.