Toeval of betekenis

Gelooft u in toeval? Als die vraag wordt gesteld, vraag ik wat er mee wordt bedoeld. Natuurlijk denk ik bij veel gebeurtenissen dat ze toevallig plaats vinden. Ik denk niet dat alles wat gebeurt gestuurd wordt door een onbegrijpelijke macht, een noodlot. Laat staan door een God die aan touwtjes trekt, maar sommige dingen gebeuren nu eenmaal omdat er oorzaken zijn. Het is geen toeval als je een collega in de bibliotheek ziet, omdat hij nu eenmaal dezelfde belangstelling heeft en de bibliotheek open is op dezelfde dag dat jij en hij vrij hebben.

Husch Josten van Wittgenstein op de luchthaven weet hoe ze een verhaal moet vertellen. De oorspronkelijke titel is Hier sind Drachen. De Nederlandse uitgever vond dat misschien onduidelijk. De titel wijst op gevaar en op het onbekende, aanslagen en toeval. Het boek gaat over aanslagen en over Caren, een journaliste van drieëndertig jaar, die schrijft over die aanslagen. Ze deelt haar vriend Ben met een andere vrouw met wederzijds goedvinden en ze heeft een liefdesnacht beleefd met een fotograaf in Parijs, Julien, die veel meer lijkt te betekenen dan Ben. Dat gaat heel goed, denkt ze. Ze weet niet veel van Ben, maar dat heeft ook te maken met haar gebrek aan binding met hem. Ze wilde zich niet in verplichtingen verstrikken. Al met al lijkt Wittgenstein op de luchthaven een pleidooi voor een binding tussen gelieven. Het gevaar van gewoonte wordt voor lief genomen. Vrije liefde lijkt mooier, gelukkiger, maar net als bij Sartre en De Beauvoir levert het ook veel ellende op. Het boek gaat over toeval en over liefde.

Caren zit op een luchthaven, Heathrows Terminaal 2, Gate A17, te wachten op haar vlucht naar Parijs. Ze heeft weer een visioen over neerstortende plafonds. Het lijkt een teken. Zo was eerder een Terminal verdwenen door een aanslag. Niet vreemd dat ze nu dat visioen opnieuw beleeft, nu ze op weg is naar de Franse hoofdstad, waar opnieuw aanslagen zijn gepleegd. Nu in bars, restaurants, een voetbalstadion, een concertzaal. Wat is er met de wereld aan de hand? Het lijkt wel terreur als wedstrijd, de ene aanslag nog bloediger dan de andere. En hoe zit het met de moeders van de aanslagplegers? Zijn ze trots of woedend of hebben ze geen idee waar hun zonen mee bezig zijn en waarom? Er was een moeder die haar zoon een klap gaf te midden van zijn foute vrienden en hem mee naar huis sleurde. Er was een andere moeder die door haar zoon werd doodgeschoten omdat ze riep dat hij moest ophouden te geloven in zijn goddelijke opdrachtgever. De hoofdredacteur van Caren zegt: ga er heen en vraag het ze.

Wikipedia: ‘De aanslagen in Parijs van november 2015 omvatten een zestal terroristische aanslagen in de avond en nacht van vrijdag 13 november 2015.
Vijf aanslagen vonden plaats in het 10e en 11e arrondissement van de Franse hoofdstad, een zesde aanslag werd gepleegd in de voorstad Saint-Denis. In Frankrijk werd de noodtoestand en drie dagen van nationale rouw afgekondigd. Tijdens de aanslagen vielen 129 doden en meer dan 350 gewonden.’

Tien maanden eerder vond de aanslag op Charley Hebdo plaats. Caren was daar en zag het bloed van agent Ahmed Merabit op straat. In haar jeugd werd ze uitgemaakt voor softie omdat ze zich het lot van bedreigden aantrok. Ze zweeg drie maanden. Haar ouders waren wanhopig. Uiteindelijk vertelt ze haar moeder dat ze journalist wil worden. Ze wil alles zien en ‘andere verhalen’, dan de gewone alledaagse vertellen. Ze besluit tot observerende distantie en wordt inderdaad journaliste. Ze woont in Londen in een klein huurhuis, dat door haar vriend Ben een slagroomtaart werd genoemd. De verteller vertelt over Caren, maar verraadt niet wat zij in haar beperkte visie niet weet of ziet, hoe het eigenlijk is!

Nu in het verhaal zit ze te wachten bij Gate 17A. Een man van een jaar of zestig zit tegenover haar Wittgenstein te lezen. Hij murmelt: ‘De wereld wordt door feiten gedefinieerd. Wat het geval is, is het feit, is het bestaan van connecties, een connectie is een verbinding van dingen, en dingen zijn iets eenvoudigs, atomairs, iets niet-samengestelds.’ Caren heeft het over toeval en de man vertelt over iemand die 11 september 2001 overleefde omdat hij een dag eerder heeft besloten voor zich zelf te beginnen, maar even later omkomt bij de crash op Queens. En de drie vrouwen die in hun tuin dodelijk worden getroffen door de brokstukken. ‘Hebben zulke spookachtige situaties een betekenis, zit er een plan achter of is het universum één enkele zinloze chaos van gebeurtenissen?’ Mensen willen geloven in betekenis, maken een zinvol verhaal. Wittgenstein gelooft niet in noodlot en lotsbestemming. Hij ziet niets in een wanhopige speurtocht naar betekenis.

Dan wordt de Gate omsingeld. Het is 10.32 uur. De honderzestig passagiers worden vastgehouden door veertien man van de security onder leiding van een man die Caren Smart&Handsome noemt. Mobieltjes worden in beslag genomen. Een opsomming van feiten is nog geen verhaal. Het moet verteld worden en er moeten lezers of toehoorders zijn, anders zijn het hersenspinsels. Caren lijkt op Narcissus, die alleen zichzelf ziet, maar ze weet het nog niet. Willen de aanslagplegers ook alleen maar aandacht? Ook persfotografen als Julien laten scènes zien, maar waarom? Hebben ze ooit iets veranderd door hun foto of hebben ze alleen maar hun moed getoond, hun ijdelheid gestreeld? (Ik denk aan de iconische foto van het naakte napalm-meisje in Vietnam, die wel degelijk bijdroeg aan het beëindigen van die oorlog.) Julien heeft het in bed met Caren over Plato’s baard – ‘het verschil dat er iets is en dat het bestaat?’ Plato heeft geen baard, maar deze lijkt te bestaan door de uitspraak. Zo zijn er ook de kaarten met de witte plekken: hic sunt dracones. Gevaarlijk. Wij weten het niet. Maakt een eenzaam vallende boom in een oerwoud geluid als niemand het hoort? Of is dat alleen maar trilling in de lucht?

Dit verhaal van Husch Josten is indrukwekkend, goed gecomponeerd en actueel. Het boek is een filosofische roman, een liefdesverhaal, maar tenslotte is het ook nog een thriller. De lezer moet zelf maar de verrassing aan het slot ondergaan.

Remco Ekkers

Husch Josten – Wittgenstein op de luchthaven. Vertaald door Anne Folkertsma. Cossee, Amsterdam.
156 blz. € 20,99.