Wat interesseert ons die Vlaamse blik op de canon?

Naast de geschiedeniscanon werd deze week ook de vernieuwde Canon van de Nederlandstalige literatuur vanuit Vlaams perspectief gepresenteerd. De keuze om slechts 50 boeken op te nemen zorgt ervoor dat er rare sprongen gemaakt worden. Tussen 1658 en 1838 verscheen er niets canonwaardigs en de afgelopen eeuwen waren er slechts 3 vrouwen (Nederlandse ook nog) die iets geschreven hadden wat in de canon opgenomen kon worden. Je krijgt het idee dat de uitgangspunten nog eens herzien mogen worden.

Voor Nederlanders is vooral dat Vlaamse perspectief interessant. In Nederland lezen we nog wel Elsschot en wat moderne auteurs, maar de grote Vlaamse reuzen blijven uit beeld. Niemand weet meer wie Gerard Walschap was of wat Louis Paul Boon schreef. Zelfs Hugo Claus zakt al weg in de vergetelheid. In het onderzoek van Jeroen Dera naar de boeken die op de leeslijsten staan is in de top 33 alleen Kaas van Willem Elsschot als moderne Vlaamse auteur terug te vinden. In de top 66 kwamen slechts 5 Vlaamse auteurs voor (inclusief Willem van Van den vos Reynaerde).

Uit nieuwsgierigheid keek in de catalogus welke boeken uit de Canon van de Nederlandstalige literatuur vanuit Vlaams perspectief te vinden waren in de bibliotheken van de provincie Groningen. Dat viel nog niet mee. Ik heb de fysieke boeken geteld (ook binnen verzamelde werken). Soms zijn de genoemde boeken alleen maar binnen verzamelde werken opgenomen (dan staat er ‘verz’ achter).

De conclusie is wel duidelijk: wij (in Groningen in ieder geval) zijn totaal niet geïnteresseerd in de Vlaamse kant van de canon. Boon, Walschap, Gilliams? We kennen ze niet en willen ze niet kennen.

Ik heb geen idee wat we zouden moeten doen om zo’n fantastisch boek als De Kapellekensbaan weer onder de aandacht te brengen. Het lukt me al niet eens om de Nederlandse literatuur uit de canon voor leraren Nederlands te behouden. Misschien is er wat ontwikkelingswerk vanuit Vlaanderen nodig. Dat we wat bijleren. Lezers win je één voor één, boek voor boek.

Moeten die boeken er wel staan, natuurlijk.

Coen Peppelenbos

(foto: uitreiking Henriette Roland Holstprijs te Amsterdam door Professor Garmt Stuiveling aan Louis Paul Boon: Pot, Harry / Anefo, Nationaal Archief, CC0)