Wachten op de dood

Ooit wilde ik Willem Bijsterbosch uitnodigen voor een literatuurfestival. Enkele weken nadat ik de uitnodiging voor een gesprek over homoliteratuur had verstuurd, werd ik ’s ochtends opgebeld door een schrijver die met iele stem van die uitnodiging afwilde, maar ja dat wilde hij eigenlijk ook niet. Hij had een goede vriendin opgebeld of hij dit nu wel moest doen en die had het hem afgeraden en hij had ook zo zijn bedenkingen. Ik probeerde hem nog een half uur te overtuigen en zegde hem twee prachtige naakte lijven op het podium toe en een voetmassage na afloop, maar hij bleef weigeren. Bijsterbosch moet een crime zijn voor elke uitgever die uit is op publiciteit.

Bijsterbosch maakt dunne romans, meestal rond de honderdvijftig pagina’s. Om de zoveel jaar komt er zo’n boek en ik word altijd weer meegesleept door de verhalen over vriendschap en trouw tussen hoofdpersonen. Bijsterbosch noemt zijn vrienden meestal handlangers en de trouw blijkt uit de vriendenkring die elkaar opvangt als het nodig is.

In Van de wachters wacht Addi Tasso op zijn vroegere minnaar Ronald Hermelijn. Ronald Hermelijn is heel ziek en gaat waarschijnlijk binnen afzienbare tijd dood. Hij neemt, alleen als hij dat wil, contact op met Addi. Door een telefoontje van Ronald komt bij Addi de hele liefdesgeschiedenis weer in zijn herinnering. Het was een liefde die zo diep ging dat hij degene wil zijn die erbij wil zijn als Ronald sterft. Alhoewel hun wegen uit elkaar zijn gegaan is het noodzakelijk dat de twee weer samenkomen. Addi start een zoektocht, maar Ronald ontwijkt hem en is telkens niet op de plaatsen waar hij pas daarvoor nog door anderen gesignaleerd was.

Als Addi werkt, kan hij zijn zoektocht niet voortzetten. Maar juist op zijn werk wordt hij continu geconfronteerd met de dood. In een ziekenhuis vol bedlegerige en half of hele demente bejaarden, ervaart hij dagelijks hoe de dood een einde maakt aan al vergeten levens. Het leven van mensen waar niemand meer op let, met geschiedenissen waar niemand meer oog voor heeft, kan zo voorbij zijn en niemand die dat betreurt.

In het gedicht ‘De tuinman en de dood’ van Van Eyck vlucht de tuinman voor de dood die hij tegenkomt in de tuin. Hij vlucht naar Ispahan. De dood is erg verbaasd dat hij nu al de tuinman tegenkwam die hij pas ’s avonds zou halen in Ispahan. In Van de wachters gebeurt het omgekeerde. Addi speurt verbeten en haast wanhopig naar zijn ex-geliefde om hem voor de laatste maal in de armen te houden. Zijn speurtocht leidt tot niets. Ronald Hermelijn wordt naar hem toegebracht in het verpleeghuis. Daar kan hij sterven bij Addi. Daarmee krijgt Van de wachters een gelukkig en ontroerend einde. Het nieuwe boek van Bijsterbosch voegt weer een klein hoofdstukje toe aan de homoliteratuur en als lezer kun je daar alleen maar gelukkig mee zijn. Hoe een weinig omvangrijk oeuvre toch groots kan zijn

Coen Peppelenbos

Willem Bijsterbosch – Van de wachters. Anthos, Amsterdam.

Deze recensie verscheen eerder in de NHL-krant op 23 april 1997.