In het laatste nummer van De Gids bespreekt historicus Lise Evers het in ironie verpakte racisme van Gerard Reve. Dezelfde ironie komt ze tegenwoordig tegen in rechtse kringen.

De racistische erfenis van Reve sijpelt via Theo van Gogh – die het woord ‘geitenneukers’ ook graag bezigde – en GeenStijl door naar de jongste rechtse generatie. Met name sinds de vluchtelingenstroom van 2015 waart de geest van Reve rond in hun discours. Zij plaatsen de immigrant voortdurend in een seksuele context en laten geen moment onverlet om de alarmklok te luiden over de oncontroleerbare lusten van vluchtelingen en Marokkanen. Herhaaldelijk tref je bij de nieuwste generatie op rechts een reviaanse poging tot ironie aan. Op een verkrachtingszaak in Den Bosch reageerde een Statenlid van Forum voor Democratie met de woorden: ‘Het waren vast Scandinaviërs.’ Maar het waren geen Scandinaviërs, en ook geen Marokkanen. Het waren Nederlanders.

Nu is het niet de eerste keer dat de ironie en het racisme van Reve aan de kaak wordt gesteld. Harry Mulisch deed het bijvoorbeeld al veertien jaar voor de geboorte van Lise Evers in het pamflet Het ironische van de ironie. Merkwaardig genoeg ontbreekt dat pamflet (later opgenomen in Paniek der onschuld) in het artikel ‘O, ironie!’ En ook Boudewijn Büch liep tegen het racisme aan van Reve toen hij hem in 1983, drie jaar voor de geboorte van Lise Evers, interviewde voor Het Parool. (Op Delpher zijn de pagina’s met dat interview weggelaten uit de krant van 15 januari). Er ontstond een landelijke rel en de schrijver moest zich komen verantwoorden voor zijn uitspraken in De alles is anders show van Aad van den Heuvel. Daarin nam hij weinig terug van zijn opmerkingen. In Het Parool van 25 januari:

Reve zei verder: ‘Ik ben geen fascist. Ik ben het nooit geweest en ik zal het nooit worden. Ik ben ook geen racist, daar ben ik te intelligent voor. Alleen hele domme mensen zijn racist.’ De schrijver gaf toe, dat hij misschien wel wat voorzichtiger had kunnen zijn in zijn uitlatingen over concentratiekampen en het doodknuppelen van mensen. Reve bleef bij zijn uitlatingen over Zuid-Afrika en zei dat grappen over Surinamers, Turken en Belgen erg leuk waren voor bij de borreltafel.

Volgens historicus Lise Evers introduceert Gerard Reve het woord geitenneuker in de Nederlandse taal, als scheldwoord voor immigranten in 1978, maar op 3 januari van dit jaar schreef Enne Koops op de site van Historiek dat het woord al veel langer bestond.

In de jaren 1960 en 1970 van vorige eeuw gebruikte de Amsterdamse penosefiguur Haring Arie het woord ook wel eens in zijn volksromans.

Lees het hele stuk van Lise Evers hier.

(foto: Gerard Reve en presentator Aad van den Heuvel, © Bogaerts, Rob / Anefo, Nationaal Archief, CC0)