Verse of gedroogde basilicum

Wie de nieuwe roman van Thomas van Aalten gaat bespreken, doet er allicht goed aan het door de uitgeverij verstrekte persbericht ongelezen weg te gooien. De publiciteitsafdeling schrijft: ‘De laatste jaren klinken steeds luidere stemmen om niet te schrijven over dingen die je niet zelf hebt meegemaakt, of niet van dichtbij kent’, voorafgegaan door de informatie dat de schrijver terughoudend was dit boek uit te brengen omdat hij als man schrijft over een vrouw in de jaren 70. Wat een onzin. Het is erg triest dat de als sociaal engagement verpakte ideeënarmoede van sommige collega’s er blijkbaar toe leidt dat een schrijver zich moet verontschuldigen voor het feit dat hij niet over een op hemzelf lijkend personage schrijft.

Gelukkig is het boek zelf beter te pruimen. Centraal staat Leonie, een in een arbeidersmilieu opgegroeide vrouw die dankzij haar huwelijk haar sociale klasse ontstijgt. Haar man Dick boekt veel succes in de ‘goedkope reizen’-branche en is oerdegelijk, ouwelijk en bekrompen. Van ware liefde tussen de beide echtelieden is geen sprake. Voor Leonie is het huwelijk een vlucht. Zelf werkt ze niet en dat wordt ook niet van haar verwacht. Het huishouden van de vooralsnog kinderloze vrouw is niet al te veeleisend, want er is om onduidelijke redenen een huishoudster in dienst voor het koken en het schoonmaakwerk. Leonie leidt al jong een leven van ledigheid:

Ze had voor haar gevoel alles al gedaan: foto’s ingeplakt, de activiteitenkalender voor het komende seizoen ingevuld, aanwijzingen gegeven voor de nieuwe indeling van kledingkisten zodat Ries keurige stapeltjes voortaan een andere volgorde hadden, tijdschriften die ze zou kunnen lezen opgestapeld en een lijstje gemaakt van de gerechten die ze nog eens wilde proeven.

Kortom, het is geen wonder dat Leonie zich stierlijk gaat vervelen. Van Aalten zet de ontwikkeling van zijn hoofdpersonage fraai neer. In het begin is Leonie even bekrompen als haar echtgenoot en wars van nieuwigheden. Ze woont in een groot huis in een chique Amsterdamse straat, maar het centrum van die stad mijdt ze vanwege al dat langharige tuig daar. Op een dag, na een min of meer toevallige ontmoeting met een Surinaamse jongen, zet ze langzamerhand de ramen steeds verder open. Dat begint met een plotseling verlangen naar verse basilicum uit Italië in plaats van de basilicum in gedroogde vorm uit de buurtsuper, overigens een familie-imperium, en uiteindelijk geeft ze taalles aan de Surinaamse Urvin en rijdt ze in haar eentje naar Parijs.

Haar man, die er racistische gedachten op nahoudt, gaat in geen enkele manier mee in haar ontwikkeling, waardoor haar verlangen naar de grotere wereld alleen maar groter wordt. Vergelijkingen met Madame Bovary liggen nu voor de hand, maar het is flauw om elke door een man geschreven roman met een een getrouwd vrouwelijk hoofdpersonage dat méér wil in het leven te vergelijken met die klassieker. Bovendien gaat Van Aalten uiteindelijk een heel andere kant op. Op ongeveer driekwart volgt er vrij abrupt een bizarre twist die al het voorgaande in een ander licht plaatst. Eerst vond ik dat de schrijver op dat moment uit de bocht vloog, tot het tot me doordrong dat het juist zijn hoofdpersonage is dat op meesterlijk beschreven wijze uit de bocht vliegt. Bovendien zorgt die twist ervoor dat het verhaal, dat toch al leest als een trein en ervoor zorgde dat ik de krant onaangeroerd liet, spannend blijft.

Met Een vrouw van de wereld heeft Van Aalten een knappe roman geschreven die misschien niet zozeer gaat over de schijn van een geslaagd huwelijk, zoals de achterflap belooft, maar vooral over hoe een getroebleerde vrouw zich op geheel eigen wijze weet los te maken uit een verstikkende verbintenis.

Lucas Zandberg

Thomas van Aalten – Een vrouw van de wereld. Podium, Amsterdam. 208 blz. € 20,99.