Vorige week bepleitte Daan Heerma van Voss in de Volkskrant een nieuwe aanpak van literatuuronderwijs. Hij wil er een nieuw vak van maken los van het toch al veelgeplaagde vak Nederlands:

Een apart vaak waar leerlingen zelf kiezen wat ze lezen, op voorwaarde dat ze goed kunnen uitleggen waarom ze dat willen. In de eerste twee klassen blijft het een onderdeel van Nederlands en laten docenten hun leerlingen kennismaken met schrijvers en literatuur; lezen en erover praten, geen tekstverklaringsvragen meer over wat de betekenis is van het thema ‘as’ in het werk van Harry Mulisch.

Op Neerlandistiek vegen Joke Brasser en Marie-José Klaver de vloer aan met de plannen van Heerma van Voss.

We verbaasden ons niet alleen over Heerma van Voss’ ‘oplossing’ voor het literatuuronderwijs, maar ook over zijn analyse van de status quo in de onderbouw. Tekstuele analyses van Harry Mulisch in de brugklas? Mijn hemel, welke scholen heeft Heerma van Voss op zijn rondje Nederland aangedaan?

De conclusie is duidelijk:

Kortom, we hoeven niet ‘gered’ te worden door Daan Heerma van Voss.

Brasser en Klaver komen wel met eigen voorstellen. Lees hun stuk hier.