William Shakespeare in de schaduw van Anne Hathaway

‘Mamma, vertel nog eens over gisterland,’ vroeg Anne Hathaway keer op keer aan haar moeder, die naarmate ze zieker werd, steeds meer verhalen over haar eigen jeugd vertelde. De nieuwe roman Gisterland van Imme Dros vertelt over het leven van Anne Hathaway, de vrouw van William Shakespeare. Er is nauwelijks iets bekend over het leven van deze historische ‘vrouw van’, waardoor de verbeelding van de auteur vrij spel had. Aan deze verbeelding is een verhaal ontsproten dat wellicht meer kracht had gehad als het los had gestaan van dit historische duo.

Omdat Shakespeare een van de belangrijkste auteurs uit de Engelse literatuur is, is het gewaagd om het perspectief juist te leggen bij zijn vrouw en Shakespeare slechts als een ‘bijfiguur’ te laten optreden. Anne Hathaway uit Gisterland is een zelfbewuste vrouw, die als jong meisje al stevig in haar schoenen staat. Zij schroomt niet om veelvuldig op te trekken met de vreemde, veel oudere, Thomas West, door haar ‘heer Thom’ genoemd, een wiskundig genie, die zo gekweld wordt door gruwelijke hoofdpijn, dat hij zijn eigen dood verkiest boven het leven. Anne helpt hem zijn zelfdoding te verhullen, zodat hij wel in gewijde grond begraven kan worden. Als Anne later met Will trouwt, krijg je als lezer het gevoel dat Will in haar hart nooit zo’n bijzondere plek zal innemen als Thom.

Het lijkt erop dat Imme Dros met deze roman een statement maakt, of in elk geval het voetstuk waarop Shakespeare staat, enigszins aan het wankelen brengt, door te benadrukken hoe krachtig Anne is naast deze toch niet al te sterke persoonlijkheid. Vooruit, ze laat Anne wel genieten van Wills literaire werken, er spreekt absoluut liefde uit het feit dat Anne alle handschriften die Will haar geeft, onder haar matras verzamelt, zodat ze met zijn woorden kan slapen. Toch wekt de auteur de indruk dat ze vooral de kracht van de vrouw, misschien zelfs van de vrouw in het algemeen, wil benadrukken, door zo in te zoomen op Anne, die behoorlijk wat invloed heeft op het leven van haar man. De vraag is of die kracht niet beter was uitgekomen, als ze Shakespeare zelf met rust had gelaten.

Omdat er betrekkelijk weinig bekend is over het leven van Shakespeare en zijn vrouw, kan Dros er flink op los fantaseren. Dat levert ook wat anachronismen of op z’n minst ongeloofwaardigheden op. Zo vraagt Anne zich met de psychologie van de eenentwintigste eeuw af of zij haar dochter Judith vroeger niet te veel heeft verwaarloosd op het moment dat Judiths tweelingbroer een dodelijke val maakte van de trap. Terwijl Anne bijzonder leergierig is en ook wil dat haar dochters leren lezen en schrijven, geeft Will af op het onderwijs dat hij heeft genoten:

Ik weet niet of er hier of ergens anders wel scholen zijn waar meisjes zoiets als Latijn kunnen leren en of ze dat dan wel zo fijn vinden als jij je voorstelt. Al die jaren woordjes leren, domme zinnetjes vertalen. Je weet niet hoeveel regels en hoeveel uitzonderingen er op die regels wel zijn in zo’n taal als Latijn. Praat er niet van. Ellende. Ik spijbelde echt niet voor niks.

Nu kan het geen kwaad om het belang van de klassieke talen af en toe eens te relativeren, maar uit de mond van Will klinkt het toch wat ongeloofwaardig. Ondanks de speldenprikjes die de verteller uitdeelt in de richting van Shakespeare, is er ook veel lof voor zijn werk. Anne laat hem zijn verhalen vertellen en kan dan niet wachten tot hij daarmee verder gaat: ‘Ik bleef erover denken. Het liet me niet meer los.’ Ondertussen levert ze ook openlijk commentaar op zijn werk: ‘Hè nee! Niet nog eens tweelingen,’ zei ik. ‘Dat is zo afgezaagd.’ Ondertussen krijg je als lezer ook de inhoud van allerlei stukken van Shakespeare mee, omdat hij ze aan Anne vertelt, maar het wringt wat, omdat de stukken steeds onderbroken worden door het kibbelende commentaar van de twee echtelieden.

Het sterkste deel van het boek zijn wat mij betreft de eerste twee hoofdstukken, waarin Will nog niet in beeld is. Dan zegeviert de rijke verbeelding waarover Imme Dros ontegenzeggelijk beschikt.

Dietske Geerlings

Imme Dros – Gisterland. Van Oorschot, Amsterdam. 264 blz. € 23,50.