Een derde lichaam

Mensen als groep wegzetten en alleen maar denken in systemen en protocollen is niet bevordelijk voor het inlevingsvermogen. Multidisciplinair kunstenaar Lina Issa kwam naar Nederland om een kunstopleiding te volgen, maar mocht Nederland niet uit om haar familie te bezoeken, omdat haar studentenvisum was verlopen. Of beter gezegd: ze mocht Nederland natuurlijk wel uit, maar dan kwam ze er niet meer in en kon ze de afronding van haar opleiding vergeten. Haar artistieke reactie leverde het buitengewone Waar we niet zijn op.

Lina Issa wilde graag haar familieleden in Libanon weer zien, hun stemmen horen, de kleuren en geuren van haar ouderlijk huis ervaren, met haar vrienden afspreken, kortom weer even voelen uit welke wereld ze is voortgekomen. Een heel menselijke behoefte zou je denken, maar de vaak rigide Nederlandse regelgeving heeft niet zo veel begrip voor menselijke gevoelens en behoeften. Oost-Groningen en de Toeslagenaffaire zijn er extreme voorbeelden van, maar daar blijft het duidelijk niet bij.

Hoe moet je kiezen tussen een voor je toekomst heel belangrijke opleiding en je dierbaren, daar op je kamer in het koude Amsterdam?

Wat dan volgt, is niet alleen een inventieve vorm van overleven, maar vooral een originele manier van omgaan met de werkelijkheid. Kan ik iemand anders in mijn plaats naar ‘thuis’ sturen om mijn plaats in te nemen. Niet puur als stand-in, maar als ‘derde lichaam’, tussen het hare en dat van haar plaatsvervanger. Een vorm die tenminste iets kan opvangen van het grote gemis en bovendien een onderzoek kan zijn naar wat aanwezig–, of afwezig–zijn voor implicaties heeft en wat het begrip identiteit nu eigenlijk inhoudt.

Stuurde ik haar mijn huis van herinneringen binnen om die herinneringen te bevestigen, om ervoor te zorgen dat ze niet verloren gaan, zelfs als het huis niet meer bestaat?
[…] Het schrijven van het notitieboek was een oefening me voor te stellen hoe het huis is zonder dat ik er ben. […] Ik wilde trouw zijn aan de plek en mijn herinnering eraan en ik wilde zelfs trouw zijn aan het heden, aan hoe het nu zou zijn, en hoe ik nu ben. Maar is het huis hetzelfde als ik er niet ben?

Lina Issa vond in de Spaanse studente moderne dans Aitana de vrouw die ze zocht. Iemand die ook haar vaderland verliet, ook een kunststudie volgt en haast vanzelfsprekend ook nadenkt over identiteit en ‘wat ons geheugen en ons beeld van onszelf vormt’. Ze blijkt enthousiast en betrokken en ze kan reflecteren op vragen en situaties die Lina met haar deelt.

Lina bereidt de tien dagen die Aitana in Libanon zal doorbrengen minutieus voor. Ze weet immers hoe haar bezoek aan thuis er globaal uit zou zien. Haar stappen zullen nu dus door Aitana gezet worden; de gesprekken met haar vader en moeder, de maaltijden, de huiselijke rituelen, de wandelingen, de uitgaansplekken en wie ze daar zal ontmoeten. Vanuit Amsterdam kan Lina op die manier zichzelf voor haar geestesoog zien terugkeren naar de plekken die voor haar zulke grote betekenis hebben. Alles vermengd met een veelheid aan herinneringen.

Waar we niet zijn is een project met vele invalshoeken; de persoonlijke, literaire en kunstzinnige aspecten voorop, maar evengoed geschiedkundig, want het verleden van het zo vaak door geweld getroffen Libanon krijgt ook aandacht. Geen wonder, want het leven in Beiroet en andere delen van het land zijn er door getekend. En daarmee de mensen die er leven. Het boek kent eveneens een meer filosofische kant, verweven met die van de beeldende kunst. Daarbij speelt ook de lezer een rol. Want als Lina in Amsterdam haar fictieve reis maakt, doet de lezer dat vanaf zijn of haar eigen plek. Daar waar je het boek leest. Inlevingsvermogen is een vereiste en wordt er ook door gestimuleerd.

Aan de hand van talrijke afbeeldingen, foto’s, kaartjes en handgeschreven notities kom je al lezend heel dichtbij, stel je je opeens voor hoe het je zelf zou zijn vergaan in Issa’s situatie. Als dat geen prestatie is.

Al is Waar we niet zijn heel toegankelijk geschreven, het vraagt wel een open en bereidwillige houding. Issa formuleert, vermoedelijk door haar kunstachtergrond, nogal eens in weinig expliciete bewoordingen. Misschien niet onlogisch tussen kunststudenten onderling, maar voor een doorsnee lezer, die voor dit boek toch al serieus tijd moet uittrekken om de vele aangedragen dimensies te doordenken, tamelijk ongrijpbaar:

De ontmoetingen beroepen zich niet op het gezag van de geschiedenis of het collectieve geheugen.
Ze vinden plaats in het onevenwichtige machtsspel van de geschiedenis tussen het individu, het collectieve en het universele.
Ze zijn een bevooroordeelde her-herinnering die wil ont-leren, niet wil conserveren. […]

Wat echter wel duidelijk doorklinkt in deze poëtische ‘grensoverschrijdende performance’ is hoe machtsstructuren geen rekening houden met wat mensen van waarde vinden. Ook een begripvolle stand-in, loyaal meespelende ouders en vrienden, uit Libanon mee teruggenomen, gedroogde bloemetjes en een rijk geestesleven kunnen uiteindelijk geen werkelijke vervanging zijn voor de plekken waar we niet zijn.

André Keikes

Lina Issa – Waar we niet zijn. Van Oorschot, Amsterdam. 288 blz. €23,50.