De Groene Amsterdammer heeft als laatste van de opiniebladen nog wekelijks een eigen boekenbijlage. Hieronder staan de kale voorkeuren, wil je de uitgebreide verantwoording lezen bij de keuzes klik dan hier.

Graa Boomsma
Toni Morrison – Recitatief

Kees ’t Hart
Anjet Daanje – Het lied van ooievaar en dromedaris
Anton Valens – Een wagon vol duivels

Thomas Heerma van Voss
Édouard Louis – Veranderen: methode

Chris van der Heijden
Horst Krüger – Het gebroken huis: Een jeugd onder Hitler
Jürgen Osterhammel – De metamorfose van de wereld

Ilse Josepha Lazaroms
Jessica Au – Koud genoeg voor sneeuw
Brecht De Backer – Omdat ze leven

Cyrille Offermans
Lex ter Braak – Levensvormen
Carel Peeters – Lof van de combinatie

Marja Pruis
Julie Myerson – Nonfiction: A novel
Sarah Ruhl – Glimlach
Thomas Heerma van Voss – Passagiers/achterblijvers

Charlotte Remarque
Torrey Peters – Detransitie, baby

Alfred Schaffer
Mustafa Stitou – Waar is het lam?
Hannah van Binsbergen – Kokanje

Lodewijk Verduin
Keiron Pim – Eindeloze vlucht: Het leven van Joseph Roth
Arie Pos – De wording van Gerrit Komrij

Joost de Vries
Shirley Hazzard – De overgang van Venus
Peter Terrin – De gebeurtenis

Niña Weijers
Maggie Nelson – Over vrijheid

Christiaan Weijts
Berend Sommer – Gouden dagen
Ian McEwan – Lessons