Vuurwapengekte in Amerika is huiveringwekkende onoplosbare plaag

Jaarlijks eisen vuurwapens meer dan 40.000 Amerikaanse levens, waarvan de helft door zelfmoord. Een veelvoud raakt gewond. Op 9 mei jongstleden stond de teller voor 2023 in Amerika al op 200 mass shootings, schietpartijen met vier of meer slachtoffers. De Verenigde Staten tellen gemiddeld 120,5 vuurwapens per 100 inwoners. Voor Nederland is dat getal 2,6.

Zijn Amerikanen vuurwapengek? Paul Auster (1947), Amerikaans succesauteur, geeft daar in zijn pamflet Bloedbadnatie een genuanceerd antwoord op. Een ruime meerderheid van twee derde bezit geen vuurwapens. De minderheid van een derde heeft dus een heel arsenaal in huis. Mass shootings laten dat ook zien: daders bedienen zich van vaak van twee of drie verschillende vuurwapens. De man die in 2017 vanuit zijn hooggelegen hotelkamer in Las Vegas 61 mensen doodschoot en ruim 400 verwondde, een triest record vestigend, beschikte zelfs over 23 automatische geweren, een pistool en een enorme hoeveelheid munitie. Met het pistool nam hij zijn eigen leven. Zijn motieven zijn nooit opgehelderd.

Al die schietpartijen en al die doden en gewonden, worden Amerikanen het dan nooit beu? Natuurlijk wel. Toch komt het niet tot beperkende wettelijke maatregelen. Sterker: Republikeins gouverneur van Florida en presidentskandidaat De Santis ondertekende onlangs de wet die zegt dat je in Florida voortaan een vuurwapen mag dragen in het publieke domein zonder daarvoor een vergunning nodig te hebben.

Auster legt helder uit hoe het kan dat de wapenlobby er steeds weer in slaagt beperkende maatregelen tegen te houden. Het Amerikaanse politieke systeem biedt formele en informele mogelijkheden voor een minderheid om door een meerderheid gewenst beleid langdurig tegen te houden. Het bekendste voorbeeld daarvan is de slavernij, die in de zuidelijke staten gehandhaafd kon blijven tegen de wens van een Amerikaanse meerderheid in.

Het maatschappelijk debat over de plaag van vuurwapengeweld in Amerika is volkomen versteend, net als dat over andere maatschappelijke kwesties trouwens. Tegenstanders van overheidscontrole op wapenbezit herhalen eindeloos dezelfde argumenten. Die even vaak zijn weerlegd. Niet op weerlegging ingaan, maar ze gewoon luider en vaker herhalen, lijkt de boodschap te zijn.

‘De beste manier om een bad guy (een slechterik) met een vuurwapen te stoppen, is een good guy met een vuurwapen,’ aldus een adagium van de NRA, de belangenvereniging van wapenliefhebbers, -handelaren en -fabrikanten. Maar Steven Paddock, die in Las Vegas dat bloedbad aanrichtte, was helemaal geen slechterik. Geen strafblad, slechts enkele verkeersboetes, geen schulden, een vaste vriendin, een goed inkomen en geen historie van psychische evenwichtsstoornissen: Paddock was, tot hij aan het moorden sloeg, een good guy met veel wapens.

In het laatste hoofdstuk van Bloedbadnatie behandelt Auster voorstellen om wapenbezit aan banden te leggen. Maar zijn toon is somber: het sociaalpolitieke klimaat is vergiftigd en de kloof tussen Republikeinen en Democraten zo groot dat wettelijke beperking onmogelijk is. Voorlopig kan alleen striktere handhaving van bestaande wetten enig soelaas bieden. Auster doelt op antiterrorisme-wetten, waarmee de zwaarbewapende, veelal ultrarechtse milities aangepakt kunnen worden.

Bloedbadnatie bevat ook ruim veertig zwartwit-foto’s van Spencer Ostrander, die tientallen plekken vastlegde, soms lang nadat ze het toneel waren een mass shooting. Er lijkt niets bijzonders aan deze stille getuigen te zien, maar weten wat daar gebeurde maakt dat je huivert bij de aanblik.

Hans van der Heijde

Paul Auster – Bloedbadnatie. Vertaald door Ronald Vlek. De Bezige Bij, Amsterdam. 160 blz. € 22,99.

Deze recensie verscheen eerder in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 7 juni 2023.