Het onbezorgde lezen

Schuldgevoel is voor katholieken, zegt men, en ik kan het weten, want ik ben er een. Of beter: was, maar het overbodige schuldgevoel steekt zo nu en dan nog de kop op. Over het feit, bijvoorbeeld, dat ik niet genoeg lees.

Dat brengt ons meteen bij de vraag wat ‘genoeg lezen’ is. Ik heb daar lange tijd mijn eigen standaard voor gehad. Eén boek per week vond ik een mooi gemiddelde, maar dat haal ik al een hele tijd niet meer. Terwijl ik over aantallen en gemiddelden schrijf, besef ik hoe onnozel het is: in competitie met jezelf gaan over hoeveel boeken je ‘moet’ gelezen hebben. Ik ben nochtans niet de enige. Op sociale media laten mensen aan het eind van de maand soms lijstjes zien met welke boeken ze gelezen hebben. Literair opscheppen voor dummies. Zelf lees ik al een hele tijd zo’n twee boeken per maand en als je weet dat ik ongeveer ook twee boeken per maand koop is dat belachelijk weinig.

Er is in elk geval één schuldige voor mijn leesverzuim: de tijd die ik doorbreng op sociale media, en ik denk dat dat voor velen onder ons geldt. Zelfs als ik een boek aan het lezen ben, betrap ik mezelf erop dat ik het moeilijk kan laten om af en toe even Twitter of Instagram te checken. Het is net datgene wat volgens de Amerikaanse auteur Philip Roth tot de dood van de roman – en de lezer – zal leiden: de aandachtspanne van mensen wordt door de sociale media steeds kleiner. We zijn het niet meer gewoon ons lange tijd op eenzelfde tekst te concentreren.

Ik heb heimwee naar toen ik als kind tijdens de schoolvakanties met gemak een boek per dag las en door niets werd afgeleid, behalve door mijn moeder die riep dat het etenstijd was – en zelfs dat hoorde ik amper. In de bibliotheek van mijn thuisstad Tielt mocht je per keer vijf boeken ontlenen. Altijd namen mijn zus en ik precies dat aantal mee, en bijna altijd hadden we alles uitgelezen. Dat onbezorgde lezen, zonder stoorzenders: het was puur geluk, pure ontspanning, pure rust.

Het is een gevoel dat ik ’s avonds probeer te evenaren door mijn smartphone uit te schakelen en met een boek in bed te kruipen. Lachwekkend is het haast, hoe ik dan toch nog met mijn rechterhand naar mijn telefoon op het hoofdkussen tast, om slechts een zwart scherm te zien en daar eigenlijk opgelucht over te zijn: oef, er is alleen maar mijn boek en ik, en alle virtuele stemmen doen er zalig het zwijgen toe.

Ann De Craemer