De overlijdensadvertentie in de NRC van vorige week zaterdag hebben we gemist, daarin stond dat op 6 februari de auteur Gijs IJlander in Middelaar is overleden. Hij was al geruime tijd ziek. Voordat hij schrijver werd, vertaalde hij enkele boeken uit het Engels en werkte hij lange tijd bij het Cito. Gijs IJlander (pseudoniem van Gijs Hoetjes) debuteerde in 1988 met De kapper waarvoor hij Anton Wachterprijs kreeg. In 1999 ontving hij de F. Bordewijk-prijs voor Twee harten op een schotel.

Naar aanleiding van de roman Zwartwild wordt IJlander geïnterviewd door Koos Hageraats voor Bzzlletin en hij laat daarin een afkeer zien van realistisch proza en tegen het biografische interpreteren van romans.

Ik ben van mening dat het associatieve denken ook heel waardevol kan zijn en tot conclusies kan leiden die van groot belang zijn. In ieder geval mis ik in de wetenschap die manier van denken die in de literatuur wel mogelijk is.
(…)
Het schrijven is voor mij in de eerste plaats een andere manier van denken. Kijk, het leven bestaat uit een verleden in de vorm van herinneringen en een toekomst in de vorm van verwachtingen. Het moment dat daartussen ligt is altijd ongrijpbaar.

IJlander is begraven op de natuurbegraafplaats Landgoed Mookerheide.

Acht jaar geleden interviewde Lezen TV de schrijver naar aanleiding van de roman Wildzang.

Op Tzum staat een recensie van de verhalenbundel Vis voor iedereen, en de romans De aanstoot (2000) en Vergeef ons onze zwakheid (2014).