Fictie, waarheid en geschiedenis

Voor de editie van 2024 van zijn jaarlijkse Homerus-lezing kon het Nederlands Klassiek Verbond vanzelfsprekend niet heen om Ilja Leonard Pfeijffer, classicus en auteur van Alkibiades, de beste (en dikste) Nederlandse roman van de afgelopen jaren.

Pfeijffers lezing, getiteld Is geschiedenis fictie?, is nu in druk verschenen. Geschiedenis gaat over wat niet meer is en dus gereconstrueerd moet worden om onderzocht te kunnen worden. Je zou ook kunnen zeggen dat die reconstructie het onderzoek is. Dit reconstrueren is in wezen het aanbrengen, geschraagd door resultaten van bronnenonderzoek, van een narratieve structuur. Zonder verhaal heb je alleen feiten en feitjes zonder samenhang en daarmee zonder betekenis. De historicus geeft de feiten, gevonden in bronnen, betekenis door middel van zijn verhaal. A fortiori geldt dat voor de schrijver van een historische roman.

Voordat Pfeijffer bij de beantwoording van de vraag, verwoord in de titel, is aanbeland bij zijn eigen grote historische roman, beantwoordt hij een paar vragen van een andere orde. Zoals: heeft het bestuderen van teksten uit de klassieke oudheid nut? Antwoord: nee, natuurlijk niet, goddank is het een nutteloze activiteit, en juist daarom is het zo aantrekkelijk. Overigens stelt Pfeijffer niet de redelijke wedervraag: wat is het nut van nut? Nut is niet hetzelfde als zin. Het lezen van en nadenken over teksten uit de Oudheid heeft wel degelijk zin, veel zin zelfs. De hele westerse literatuur is voortgekomen uit de oerknal die Homerus heet en ‘alles wat er sinds Homerus is verteld [is] al in zijn epen aanwezig.’

Het lezen van Pfeijffers Alkibiades heeft zin. In het algemeen om beter te begrijpen wat mensen drijft. In het bijzonder om in te zien welke gevaren onze democratie op dit moment bedreigen. De Atheense stadsstaat-democratie liep ten tijde van Alkibiades meermalen gevaar, niet het minst door destructieve krachten van binnenuit.
Hoewel onze democratische rechtsstaat sterk verschilt van de Atheense democratie, zijn er ook overeenkomsten. Ook voor wat betreft zulke gevaren, met name als het gaat om volksmennerij: Pfeiffer viel de sterke, bijna woordelijke overeenkomst op van dergelijke pogingen in het Athene van toen met die van een huidige, geblondeerde, populistische politicus.

Sommige activiteiten van Alkibiades kunnen worden uitgelegd als democratie-ondermijnend. Was hij een Atheense democraat of moest alles en zo nodig ook de democratie wijken voor zijn ambities? Pfeijffer is drie jaar lang zo intensief met de figuur van Alkibiades bezig geweest, dat hij in diens is geest gekropen. Of moet je zeggen: dat Alkbiades in zijn – Pfeijffers – geest is gekropen?. Daardoor ‘weet’ hij wat Alkibiades motiveerde om te doen wat hij deed, ook al geven de bronnen geen uitsluitsel over die motieven. Ja, Pfeiffer schreef dus fictie om het verhaal van Alkibiades te kunnen vertellen en zo dichter bij de waarheid te komen. Ja, geschiedenis is fictie, omdat fictie een – en soms zelfs: de – weg naar waarheid is.

Van een classicus mag je een lezing verwachten die aan alle retorische eisen voldoet. Is geschiedenis fictie? doet dat en meer dan dat. Pfeijffer laat je genieten van zijn ironie, van zijn eerlijkheid en van zijn verteltalent, dat zelfs in deze vorm tot uiting komt.

Hans van der Heijde

Ilja Leonard Pfeijffer – Is geschiedenis fictie?. Homerus-lezing 2024. Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam. 40 blz. € 7,50.