Ergens tussen Raalte en Wesepe zet ik mijn fiets tegen een rode beuk. Na een uurtje fietsen duizelt het me. De lucht is zo blauw, het koolzaad zo geel, het fluitenkruid zo wit. Al wat groen is, zo sappig. De Sallandse coulissen vormen een levende caleidoscoop van alles met wortels. Je tuimelt continu een nieuwe verrassing in. Je zal maar een koe zijn en hier wonen, denk ik. En het spijt mij ineens heel erg dat ik geen gras lust.