Volgende week wordt de AKO Literatuurprijs uitgereikt. Op de tiplijst stonden bijzonder weinig vrouwen (drie), op de toplijst geen een. Pam Emmerik stuurde een opiniestuk naar de Volkskrant. Die weigerde het te plaatsen. Hieronder kun je het stuk alsnog lezen.

Ook mijn roman Wie het paradijs verdragen kan, die is uitgebracht deze maart door uitgeverij Prometheus, zou vurig gaan meedingen naar de AKO Literatuurprijs 2014 voor literatuur. Dat dacht ik althans oprecht. En dat hoopte ik ook van harte.

Maar ik had helaas een piepklein dingetje buiten beschouwing gelaten.

En dat minimale floddertje is mijn eigen vrouwelijke geslacht.

Nooit heb ik het dingske eens secuur opgemeten, dat was namelijk voordat de AKO Literatuurprijs 2014 ten tonele verscheen volstrekt onnodig.

Maar nu zou het er dus van komen: broek naar beneden en meten maar!

Het is hopelijk aanvaardbaar voor u dat ik die meting op een rustige plek in afzondering deed, en niet ergens middenin een café of een restaurant.

Want de resultaten van mijn onderzoekje zouden de eetlust van menigeen kunnen vermorzelen en die euveldaad wens ik niet op mijn schouders te krijgen! Dus op naar de wc, Emmerik!

De meetresultaten die ik verkreeg, kwamen dicht in de buurt bij mijn voorafgaande schattingen, dus er was niets om geshockeerd over te zijn…

Even om duidelijkheid te verschaffen: het is dus aan deze tussenbeense, luttele centimeters te wijten dat ik niet op de longlist van de AKO Literatuurprijs 2014 terecht mocht komen. Dat is ongelooflijk, maar toch waar, want aan mijn roman kon het niet liggen, die is namelijk prachtig, al zeg ik het zelf. Maar ook volgens Maria Vlaar in de Standaard voer ik ‘de rauwe realiteit geraffineerd op’ in mijn verhaal, en ik vertolk op ‘indringende wijze’ het drama van het Joodse gezin waar ik over schrijf. En Guus Luijters noemt me in zijn recensie in Het Parool zelfs ‘een schrijver van formaat’. Jeroen Vullings in VN: ‘mooi verhaal, vol denksprongen, woeste beelden en eigen woorden’. Ik vrees voor hen dat zij niet goed tussen mijn benen gekeken hebben, anders zouden hun recensies mogelijk anders hebben uitgepakt, misschien wel compleet vernietigend.

Wie naar de longlist van de AKO Literatuurprijs ’14 kijkt, en zich de schrijvers daarop voor de geest probeert te halen, kan dat proces wellicht makkelijker maken door zich deze schrijvers naakt voor te stellen.

Losgemaakt van hun aardse bezittingen, die in de meeste gevallen nogal overeenstemmen: HEMA-ondergoed, een T-shirt of blouse, een broek, sokken en schoenen. Een horloge om, en wellicht nog een trouwring ook.

De iPhone is reeds terzijde geschoven…

Nu zijn ze naakt. Wat valt er op aan deze oudere heren? Waarschijnlijk houden velen hun buikje in, want ijdelheid beheerst niet alleen Sophia Loren, om iemand te noemen. Het is overigens vrijwel uitgesloten dat ze hun genomineerde boeken naakt hebben geschreven. Ik denk dat voor goed schrijven minstens een fluwelen kamerjas noodzakelijk is, en misschien ook een baretje, om een losse, ‘Franse’ toets aan je taal te verlenen…

Ik denk niet dat de schrijvers op de longlist, en zelfs niet diegenen die de shortlist reeds gehaald hebben, in hun beschamende naaktheid voor de jury van de AKO Literatuurprijs ’14 hebben moeten verschijnen.

Ik schat in dat de jury zich niet eens deze schrijvers naakt heeft durven vóórstellen. Want een kwestie tot in zijn astrante essentie doen ontbloten vergt grote moed. Meer moed dan deze jury tentoongespreid heeft in haar handelen. Haar keuze is de keuze van een stel lafbekken.

Twintig schrijvende piemels wél uitkiezen, en tegelijkertijd alle schrijvende vagina’s die ook een mooi boek gepubliceerd hebben, snel even door de plee trekken. Het is een handeling die vrij bizar overkomt.

Ik weet niet of er ook Koninklijke Onderscheidingen bestaan voor misselijkmakende lafheid, zeg ‘de Orde van de Kotsende Leeuw’ of zo, maar anders zou ik de gehele jury van de AKO Literatuurprijs 2014 hiervoor gaarne willen voordragen. Mogen ze uiteindelijk bekroond worden tot ware kotsleeuwen, dan verwacht ik geen enkel bedankje.

Pam Emmerik