‘Ik kom graag, op voorwaarde dat de catering goed verzorgd is,’ schrijft Tommy Wieringa in antwoord op het voorstel van Arnon Grunberg afgelopen dinsdag om de gemoederen bij de Bezige Bij te sussen. Grunberg had het plan om het aanstaande pamflet van Abou Jahjah dat door De Bezige Bij uitgegeven gaat worden te presenteren in het huis van zijn moeder, in aanwezigheid van Durlacher, De Winter, de schrijver Nir Baram, Dries van Agt en Tommy Wieringa.

Wieringa (die een, voorlopig eenmalig, uitsapje maakt naar uitgeverij Hollands Diep) gaat in zijn column voor de regionale bladen en het AD ook in op het effect van zijn vorige column over Abou Jahjah. Er werden hem opeens standpunten in de schoenen geschoven die niet de zijne waren.

Zo kwam ik in de hoek van Theodor Holman, Leon de Winter en Ebru Umar terecht, luidruchtige, vaak wrokkige commentatoren met een rechts-conservatief profiel. Ik, die begon met bezwaren tegen de opvattingen van één man, bleek nu gekant tegen de verheffing van nieuwkomers in het algemeen en moslims en Arabieren in het bijzonder.

In zijn Voetnoot-voorstel in de Volkskrant gaf Grunberg aan dat er ook nog veertig bezoekers de bijeenkomst in het huis van zijn moeder konden bijwonen. Kaartjes ervoor kunnen verkocht worden op eBay, de opbrengst gaat naar Combatants for Peace.

UPDATE: In tegenstelling tot de vorige column over Abou Jahjah, plaatste De Bezige Bij deze column wel op haar Facebookpagina.