‘Wat zou het machtig zijn als ze één boek werkelijk konden lezen, doorvoelen en ervaren, in plaats van de samenvattingen van tien te kunnen napraten.’ Dat schreef Christiaan Weijts onlangs in NRC Handelsblad in zijn kruistocht tegen het huidige literatuuronderwijs. Nogal kort door de bocht vonden enkele wetenschappers die in een ingezonden brief – (nog) niet geplaatst in NRC Handelsblad bij mijn weten, maar nu wel op de site Neerlandistiek.nl – waarin ze ingaan op enkele punten uit het rammelende betoog van Weijts.

En als literatuur niet buiten de ‘gewone’ maatschappelijke orde wordt geplaatst als een domein waar alleen ‘gevoeligheid’ aan de orde is en waar het vooral gaat om ervaren, en dat je daarom volgens Christiaan Weijts niet zou hoeven te beoordelen. Integendeel, literatuur leert je nadenken over en reflecteren op de maatschappelijke orde, net als de betogen, beschouwingen, televisieprogramma’s en andere teksten die we in het schoolvak Nederlands behandelen. Uit onderzoek is bovendien bekend dat het lezen van literatuur niet alleen belangrijk is voor de taalontwikkeling, maar ook voor de algemene vorming en ontwikkeling van een kritische geest.

Interessant is ook een kleine zijweg in de brief waarin de wetenschappers hun ongenoegen uiten over het huidige curriculum van Nederlands dat dankzij de willekeur van enkele ambtenaren tot een vak verworden is waarbij de leesvaardigheid van zakelijke teksten ongekend zwaar wordt meegeteld bij het eindcijfer.

De wereldliteratuur was onderdeel van ckv. Geschrapt. Het vak letterkunde stond sterk in de zak-/slaagregeling. Geschrapt. Poëzie was een verplicht onderdeel. Geschrapt. Taalkunde zou verplicht worden bij Nederlands. Geschrapt. Ambtenaren schromen niet om op eigen houtje problemen in een vol examenprogramma met een pennenstreek op te lossen.

De wetenschappers verwijzen naar het vorig jaar verschenen Manifest Nederlands op School (waarvoor ze al hun vakbroeders van de HBO-lerarenopleidingen overigens oversloegen) waarin een alternatief curriculum wordt voorgesteld.

Lees de ingezonden brief met de titel ‘Waar zijn de hoeders van het literatuuronderwijs?’ van Sander Bax (Tilburg University), Marjolein van Herten (Open Universiteit), Erwin Mantingh (Universiteit Utrecht) en Theo Witte (Rijksuniversiteit Groningen) hier.