Aandacht

Er gaat geen dag voorbij of er komt wel een mailtje van een auteur binnen die trots vermeldt dat hij een boek heeft geschreven. Meestal gaat het boek over een burn-out, waarna de schrijver afreist naar India, waar hij zijn ware aard vindt en ook nog een onverwerkt trauma uit zijn jeugd, dat hij bij terugkomst toch maar gaat verwerken in een commune bij Jubbega. Het boek heet Licht aan de horizon en de auteur meldt trots dat veel van zijn vrienden het boek fantastisch vonden. Je leest een halve pagina uit de meegestuurde pdf en weet meteen: dat iemand kan typen wil niet zeggen dat iemand kan schrijven.

Je hebt uitgeverijen die alleen maar draaien op auteurs die hun manuscript inleveren, een fors bedrag betalen en daarna een pod (printing on demand) laten maken van het boek. Het voordeel van pod is dat je er slechts een paar exemplaren hoeft te laten maken en daarna bij kunt laten printen wat je nodig hebt. De techniek van printing on demand is tegenwoordig nauwelijks te onderscheiden van echt drukwerk, dus daar zit het probleem niet. De auteursbegeleiding van deze publishers on demand is nihil en de publiciteit kan de auteur zelf opknappen. De uit Drachten afkomstige recensent Taede A. Smedes schreef in de Volkskrant een stuk waarin hij beschreef dat veel van die boeken brandhout zijn. Zijn oproep aan recensenten was:

(…) besteed je tijd nuttig, doe waarvoor je bent aangenomen, en weiger pertinent boeken te recenseren die van publishing on demand-uitgeverijen komen. Als ze niet besproken worden, genereren ze geen aandacht, en zullen ze uiteindelijk – hopelijk – vergeten worden.

Dat klinkt een beetje hard, zeker voor al die goedbedoelende mensen die jaren aan een boek gewerkt hebben en geen zin hadden in een jarenlange zoektocht naar de juiste uitgeverij. Dat ze een boek willen maken en die droom bekostigen behoort tot de democratisering van het boekenvak. Daar kan niemand op tegen zijn.

De oproep aan recensenten van Smedes is eigenlijk overbodig. Als een auteur zelf naar een redactie gaat mailen met de opmerking dat zijn boek besproken dient te worden, dan weet je al dat er iets mis is. Een echte schrijver doet dat niet, want een goede uitgever stuurt zelf recensie-exemplaren. Een schrijver kan en moet tegenwoordig wel schaamteloos al zijn contacten inzetten, zijn sociale media misbruiken voor zelfpromotie en zichzelf actiever aanprijzen dan voorheen: dat is op dit moment de manier waarop de markt werkt. Maar zelf naar een redactie mailen dat je boek besproken moet worden, geeft direct aan dat je in de amateurklasse zit.

Op cultuurredacties staat altijd een kast vol met boeken die nooit besproken zullen worden. Aan het eind van het jaar puilt die kast uit met meesterwerken van publishers on demand. Ze eindigen op 1 januari ongelezen in de papiercontainer.

Coen Peppelenbos

Deze column verscheen eerder in een kortere versie in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden  op 21 april 2018.

(foto van reeds vergeten auteurs bij een boekenkraam in de Bijenkorf in 1953: Van Duinen/Anefo, CC0 1.0)