Het sluitstuk van een vitaal oeuvre

Dagelijks werk van Renate Dorrestein eindigt met de nogal wrange slotalinea waarin de schrijfster de wens uitspreekt ‘dat niemand me de levensfase door de neus boort waarop ik me nu al zo lang verheug: een oud vrouwtje te zijn […].’ Slokdarmkanker is echter de spelbreker, al wist ze dat niet toen ze het artikel met haar wens schreef. Naast de emoties die de naderende dood brengt, treedt Dorrestein het einde ook met een nuchtere aanvaarding tegemoet. Ze is nu 64. ‘Dan ben je niet in de wieg gesmoord,’ zei ze in een interview met NRC Handelsblad. In het stuk ‘Het aardse bestaan’ bepleit ze dat mensen niet eeuwig jong hoeven te blijven al schijnt de hele wereld dat te verlangen. Zie onder ogen dat oud worden ook een rijke fase van het bestaan kan inluiden.

In Dagelijks werk heeft Dorrestein niet eerder gebundelde stukken of artikelen die in obscure uitgaven waren gepubliceerd samengebracht. Het levert een ‘schaduwoeuvre’ op waarin de thema’s uit haar romans opduiken, zoals de seksualisering van de maatschappij die naar voren komt in Echt sexy. Een poging om het boek te verspreiden onder alle leerlingen loopt echter spaak bij de minister van onderwijs Ronald Plasterk. Of het thema van de menopauze dat in geen enkel Nederlands boek aanwezig is en door Dorrestein in M’n zoon heeft een seksleven en ik lees m’n moeder Roodkapje voor verwerkt is.

In 1998 schreef Dorrestein een stuk tegen de verhuftering op televisie en Paul de Leeuw was haar belangrijkste tegenstander. Twintig jaar later lijkt het verleden dankzij de sociale media nog paradijselijk. De conclusie kan dezelfde blijven.

Mij lukt het steeds minder me geborgen te voelen in een samenleving die leedvermaak beschouwt als een blijk van brille en nastrevenswaardige onconventionaliteit.

Naast maatschappelijke thema’s gaat Dagelijks werk ook veel over het schrijverschap: de redacteur, de vertaler, de boekhandelaar en de uitgeverij komen in afzonderlijke hoofdstukken aan de orde en meestal met veel complimenten voor de betrokkenen. We komen ook meer te weten over de overstap die Dorrestein maakte van Atlas Contact naar Podium en dat brengt een financiële wanorde aan het licht bij Atlas Contact. Daarnaast was de uitgeverij (vroeger alleen Contact) niet opgewassen tegen de enorme productie van Dorrestein. Uitgeefster Mizzi van der Pluijm gaf haar zelfs te verstaan: ‘Misschien moet je eens een paar jaar overslaan met publiceren.’

De bundeling begint met een ode aan de schrijver van wie Dorrestein het meest heeft geleerd: Kurt Vonnegut. Zijn belangrijkste les is: ‘hoe serieus een onderwerp ook is, je kunt er lichtvoetig over schrijven.’ Dat blijkt ook weer uit de inleidingen die Dorrestein schreef bij de stukken in dit boek. Serieus, maar met de nodige zelfrelativering. Dat is meteen de kracht van haar werk: maatschappelijk onderwerpen aan de orde stellen en haar vileine, ironische pen zorgt ervoor dat ze nooit drammerig wordt. Dagelijks werk vormt het sluitstuk van een meer dan vitaal oeuvre.

Coen Peppelenbos

Renate Dorrestein – Dagelijks werk. Podium, Amsterdam. 300 blz. € 19,99.

Deze recensie verscheen eerder in een iets beknoptere versie in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 13 april 2018.