De zee is van zichzelf

De intense samenwerking tussen het Gemeentemuseum in Den Haag en uitgeverij Leopold resulteerde in een geslaagde reeks ‘kunstprentenboeken’; gerenommeerde auteurs en illustratoren als Imme Dros, Anna Woltz, Thé Tjong-King, Marije Hofman, Toon Tellegen en Annemarie Van Haeringen leverden goed onthaalde, meermaals bekroonde bijdragen over kunstenaars of – occasioneel – een stijlstroming. De gestileerde prentenboeken verschijnen doorgaans ter gelegenheid van een expositie in het Gemeentemuseum, en dat is ditmaal niet anders; nog tot en met 24 juni loopt er de tentoonstelling ‘Max Liebermann – Een zomers impressionist’.

Hoewel de Duitse kunstschilder en graficus in ons taalgebied minder bekendheid geniet, gold dat omgekeerd veel minder het geval: Max Liebermann 1847-1935) bestudeerde de Hollandse meesters in het Louvre, was bevriend met de schilders van de Haagse school en schilderde van 1874 tot 1914 meermaals het Nederlandse kustlandschap. Koos Meinderts en Annette Fienieg laten zich door deze invalshoek inspireren. Zowel in woord als beeld portretteert het duo Liebermann als begenadigd observator, al blijft hijzelf in z’n grijze pak een wat schimmige figuur. Liebermanns schilderijen worden door z’n tijdgenoten lang niet altijd gesmaakt; hij werd weleens smalend de ‘Apostel der Hässlichkeit’ genoemd. Bij Meinderts krijgt hij weerwoord:

‘Wat een lelijke mensen,’ zeggen ze. ‘Eenvoudige mensen,’ zegt meneer Max. ‘Mensen zoals ze zijn en zoals ik ze zie.’

Beïnvloed door het sociaal-realisme wil de schilder de werkelijkheid niet langer opsmukken; z’n schetsen verbeelden werklieden bij de dagelijkse arbeid. Koos Meinderts laat zich door die eenvoud leiden en levert een ongekunstelde tekst af, wars van overbodige stilistische opsmuk, alsof Liebermann z’n penselen tijdelijk voor een pen heeft ingeruild.

De ware blikvangers in dit stijlvolle prentenboek zijn de fijnzinnige illustraties van Annette Fienieg. Met brede penseelstreken suggereert de illustratrice een dynamisch elan. Met weinig middelen doet Fienieg veel, voegt ze perspectief en diepte aan haar prenten toe en creëert ze een levendige expressie. Via de evocatie van het oer-Hollandse kust- en duinenlandschap, voornamelijk in bruin- en blauwtinten, bereikt Fienieg een complementair kleurencontrast. De meisjes in het Amsterdamse weeshuis worden in hun alledaagse bezigheden vereeuwigd; ze zijn onderling makkelijk inwisselbaar, krijgen weinig eigenheid. Dat past volledig bij de sfeer en setting. Pas wanneer Liebermann het portret van één meisje in het bijzonder schetst, ontstijgen de beelden het collectieve, en zoomen ze op Martha’s levensverhaal in. Fienieg slaagt erin om kortstondige ogenblikken op papier tot leven te brengen, en levert daarmee een waar eerbetoon aan de impressionist die Liebermann ook was. Mooi ook hoe de illustratrice geheel onnadrukkelijk Liebermanns evolutie van realist naar impressionist in beeld brengt, getuige de laatste prenten. Bijzonder vermeldenswaard is de dubbele spread van Liebermanns tafeltje, vol subtiel uitgewerkte schetsen in potlood, tegenover een felgroene achtergrond. Meinderts en Fienieg zijn dan ook met brio geslaagd in hun opzet om Max Liebermanns ontwikkeling en stijl te verbeelden. Opnieuw een ware aanwinst in de onovertroffen reeks kunstboeken van Leopold en het Haagse Gemeentemuseum.

Jürgen Peeters

Annette Fienieg & Koos Meinderts – Liebermann. De zee van meneer Max. Leopold, Amsterdam. 32 blz. € 14.99.