Geen feestelijke prijsuitreiking en geen geldprijs (maar dat is altijd al zo), maar wel een bos bloemen, een kunstwerk van een student van de kunstacademie én of het niet op kan ook nog eens de eeuwige roem. Anjet Daanje is winnaar in de categorie fictie geworden met De herinnerde soldaat en Martin Hillenga won in de categorie non-fictie met Wadapatja. Voordeel in deze coronatijden: de prijs werd aan huis afgeleverd.

De jury over De herinnerde soldaat.

De jury is onder de indruk van de originele vertelstijl die de auteur tot de laatste bladzijde volhoudt. Op een archaïsche manier rijgt ze de dagelijkse
gebeurtenissen en de herinneringen van de hoofdpersonen aaneen. Het woordje ‘en’, dat in eerste instantie stoort, verbindt en zorgt voor een doorlopend verhaal waarin je wordt meegezogen. De wijze waarop Daanje de zoektocht naar identiteit, veiligheid en liefde van de hoofdpersonen weergeeft laat je niet onberoerd. De vondst om fotografie te gebruiken als metafoor voor herinnering en verbeelding is geniaal.
Aan de vele boeken over de oorlog voegt Anjet Daanje haar eigen, bijzondere afdruk toe.

De jury over Wadapatja

‘Wie zich Nederlander wil voelen moet naar Groningen gaan’. Dat concludeerde Alfred Kossmann in 1965, toen hij een rondreis maakte door Nederland. Wat Groningen nu precies anders maakte kon hij maar moeilijk verwoorden.
Maar nu is er ‘Wadapatja’, waarin Martin Hillenga daar wél in slaagt. De auteur staat op de schouders van reuzen, zoals K. ter Laan en Eilina Huizenga-Onnekes, die een eeuw eerder onderzoek deden naar de Groninger cultuur. Maar hij heeft moeilijke begrippen zoals ‘identiteit’ en ‘nationalisme’ toegankelijk verwoord en door Richard Bos laten verbeelden in een aantrekkelijk boek voor een groot publiek. Zelf zegt hij in ‘een terugblik als voorafje’: “Wadapatja wil voor alles een reisgids zijn, voor de toerist in eigen land of provincie.”

(Foto’s © Henk Veenstra)