Poëziefestival in een kartonnen doos

Wegens corona is het een schrale zomer voor de doorgewinterde festivalbezoeker. Waar de ene organisatie zich beperkt tot een persberichtje en ‘hopelijk tot volgend jaar!’, pakken sommige clubs het anders aan met allerlei creatieve initiatieven. Sommige festivals gaan online verder met interviews en optredens die via livestreams te bekijken zijn, al dan niet tegen een passende vergoeding. Anderen stampen kleinschalige evenementen uit de grond, waar selecte groepen bezoekers keurig omstebeurt van mogen genieten. Het Groningse poëziefestival Dichters in de Prinsentuin had echter een origineel idee: je kunt een eigen miniatuurfestival aanschaffen in een kartonnen doos.

Voor wie niet bekend is met het festival: DIDP is een van de leukste literaire evenementen van Nederland, waarbij allerlei liefhebbers halverwege juli samenkomen in de sfeervolle Prinsentuin, om aldaar op het theeveld en in de befaamde loofgangen te luisteren naar het voordragen van gedichten. De optredende dichters zijn doorgaans een fijnzinnige mix van gearriveerde namen en aanstormend talent – zelfs aangevuld met een enkele onbekende die geselecteerd wordt door middel van inzendingen – actief in diverse genres en afkomstig uit alle hoeken van ons taalgebied. Deze luisterrijke namiddagen worden aangevuld met een meerdaags thematisch avondprogramma vol bijzondere, multidisciplinaire voorstellingen en panelgesprekken over literatuur en poëzie: de laatste jaren met wisselend succes. Groningen is een vaste prik voor menig poëzieliefhebber uit het gehele land.

Wie komend weekend toch naar de Prinsentuin afreist, kan er via de app VERS luisteren naar gedichten van de artiesten die zouden optreden. Er zijn zelfs diverse fietstochten te maken door de omgeving waarbij op bepaalde knooppunten naar gedichten geluisterd kan worden. Het is een aardige pleister op de wonde, maar het festival stopt hier niet. Voor wie serieus behoefte heeft aan een flink shot poëzie, is er dus een speciale doos verkrijgbaar die het festival naar je eigen woonkamer transporteert. Op een regenachtige dinsdagavond werd mijn pakket keurig aan huis bezorgd, waarna ik mezelf probeerde onder te dompelen in een vroegtijdige, persoonlijke festivalervaring.

Hoewel ik de volledige inhoud van het unieke verrassingspakket niet zal onthullen, is het voor dit stuk toch noodzakelijk om een greep uit het samengestelde aanbod te delen. De ontvanger krijgt allereerst de speciale DIDP-festivalbijlage van De Groene Amsterdammer, met in dit twintig pagina’s tellende tijdschrift onder meer een briefwisseling tussen Alfred Schaffer en Maarten van der Graaff over (wel of niet) dichten in deze verwarrende tijden van corona en hoe poëzie culturen kan overbruggen. Ook bevat het magazine een interview met de altijd verrassende Tomas Lieske over zijn bundel Keto Stiefcommando en een gesprek met schrijver en politicoloog Munganyende Hélène Christelle over de moeizame hang en dwang naar maatschappelijke acceptatie. Het wat vage festivalthema ‘De mens, de menigte’ krijgt in deze stukken gestalte door gesprekken over ondervertegenwoordigde stemmen en de kunst je te verplaatsen in de ander, waarbij poëzie wellicht een eerste hulpmiddel kan zijn. Naast stukken over Dylan Thomas en de recent overleden Yahya Hassan en een column van Iduna Paalman bevat het tijdschrift enkele gedichten van de noodgedwongen thuisblijvers, die net als in de Prinsentuin kriskras door of naast elkaar worden gepresenteerd, waardoor opnieuw de aantrekkelijke variatie en veelstemmigheid van de hedendaagse poëzie effectief wordt benadrukt.

Gelukkig is er niet alleen highbrow literatuur te vinden in de DIDP-doos: voor de mensen die nog niet genoeg spullen in huis hebben, krijg je onder meer een mok met een poëtisch citaat van de lokale grootheid Bernard Lichtaard (en een heuse plaktattoo van de wijkdichter uit de Korreweg…), een NoordWoord-boekenlegger en -schrijfblok (helaas zonder pen), een zakje smakelijke thee en natuurlijk de onvermijdelijke zaadjes in groeipapier, zodat je met veel geduld een miniatuur-Prinsentuintje kunt laten groeien in je eigen vensterbank. Allemaal goed bedoeld natuurlijk, maar het voelt ook een beetje als het opruimen van het archief door allerlei prularia in een gratis goodie bag te stoppen. Deze frutsels hebben ook weinig met poëzie te maken: dan liever nog koelkastmagneetjes met dichtregels of iets dergelijks…

Desalniettemin bevat de stevige doos nog enkele poëtische verrassingen, waarvan ik persoonlijk het handgeschreven gedicht het meeste koester. In mijn geval klom J.V. Neylen in de pen: een debutante wier eerste bundel vorige maand verscheen bij Atlas Contact. Het is bijna onwerkelijk om een gedicht in iemands handschrift te lezen, in plaats van de drukletters waarin het normaal wordt opgemaakt. Ik voelde direct enige intimiteit tussen mij en de dichter in kwestie. Uit het titelloze gedicht citeer ik graag enkele regels.

Gewacht, & toen er niemand kwam
geroepen tot mijn stem tegen de gevels brak.

Het geluid viel weg & ik liep chaotisch
alle deuren omver – ieder gezicht draaide

als de kop van een marionet. Ik heb de hoeken
platgeslagen, de vensters moesten stuk.

Door de krullerige, soms atypische letters lees je het gedicht automatisch langzamer en met meer concentratie dan in een bundel, en word je gedwongen langer na te denken over de inhoud. Het is echter jammer dat de dichter het niet voordraagt, aangezien Dichters in de Prinsentuin toch vooral een performancefestival is, al biedt de VERS-app daarvoor soelaas. Een speciale geluidsopname of exclusieve toegang tot een podcast vol gedichten had echter niet misstaan in deze doos. Verder ontving ik een gesigneerde bundel van een optredende dichter, een bloemlezing van lokale auteurs en een oud festivalmagazine van de editie van vorig jaar. Meer dan genoeg te lezen dus om een regenachtig weekend door te komen.

Leuker is ten slotte de festivalposter, waarvan er ook honderden door de stad Groningen verspreid zijn, zodat je in bushokjes, op parkeerplaatsen en in winkelstraten onverwachts in aanraking komt met uiteenlopende poëzie. Hierdoor ontstaat hetzelfde bijzondere effect als vaak in de Prinsentuin: zonder erop voorbereid te zijn, word je ineens geraakt door een mooi gedicht of overtuigende performance, slechts gadegeslagen door een handjevol mensen, die je nog lang zal bijblijven. De ontvangers van de DIDP-doos kunnen dit effect mede mogelijk maken door hun Coronaposter te vervangen door de festivalposter, met daarop een gedicht dat argeloze voorbijgangers kunnen lezen. Wie deze zomer toevallig langs mijn huis loopt, treft daar de volgende regels aan van de altijd intrigerende Mark Boog.

Als ik je wakker maak
begint de dag je slaapt.
Als ik je wakker maak
is de ochtend een zegenrijke
je slaapt. Als ik je wakker
maak vinden je dromen
hun voltooiing je slaapt.

Hoewel een kartonnen doos de gezellige festivalervaring van Dichters in de Prinsentuin natuurlijk niet kan vervangen, is dit pakket een meer dan waardig doekje voor het bloeden voor de notoire poëzieliefhebber. De organisatie heeft op diverse manieren een creatief en toegankelijk alternatief festival in het leven geroepen, waarvoor hulde. Ik ben ook benieuwd hoeveel fans er dit weekend toch stiekem naar de idyllische Prinsentuin zullen afreizen, om aldaar te lezen of luisteren naar de afwezige dichters…

Willem Goedhart

Het festival in een doos van Dichters in de Prinsentuin kun je hier voor 25 euro online bestellen.